De identificatie van patiënten met ANCA-geassocieerde vasculitis kan beter, vonden Jolijn van Leeuwen en haar collega’s van het LUMC. Zij ontwikkelden daarom een methode op basis van AI om deze patiënten op te sporen in elektronische patiëntendossiers. In hun posterpresentatie laten ze zien dat de methode uitstekend werkt.
Antineutrofielencytoplasma-antistof (ANCA)-geassocieerde vasculitis (AAV) is zeldzaam en wordt heterogeen geregistreerd. Daarom wilden Leidse onderzoekers de identificatie van AAV-patiënten verbeteren binnen het bestaande EPD-systeem met behulp van artificial intelligence (AI).
Hiertoe ontwikkelden ze eerst een zoekstrategie op basis van een AAV-trainingsset met 203 patiënten uit een academisch centrum (trainingscentrum). Vervolgens werd van alle geïdentificeerde patiënten het EPD gereviewed om handmatig vast te stellen bij wie sprake was van AAV. Daarna werd natural language processing (NLP) toegepast en het presteren voor en na zogenaamde NLP-based exclusion beoordeeld met de sensitiviteit en positieve voorspellende waarde (PPV). Tot slot werd de methode gevalideerd met een validatieset met 84 patiënten uit een niet-academisch centrum (validatiecentrum).
De uiteindelijke zoekstrategie bestond uit 4 zoekopdrachten over de ziektebeschrijving, labwaarden, medicatie en specialismes. Deze identificeerde in het trainingscentrum 608 patiënten, van wie er 346 AAV hadden op basis van handmatige review. Van de 203 patiënten uit de trainingsset werden er 197 opgespoord. Door NLP-based exclusion verbeterde de PPV van 57 naar 78% en de sensitiviteit daalde van 97 naar 96%. In het validatiecentrum leverde de zoekstrategie 333 patiënten op, van wie er 194 AAV hadden en 82/84 (98%) patiënten uit de validatieset werden opgespoord. Na NLP-based exclusion verbeterde de PPV van 58 naar 86%, en bleef de sensitiviteit 98%.
Volgens de auteurs bewijzen de hoge sensitiviteit en PVV dat hun identificatiemethode goed werkt en beter presteert dan ICD-10-codering, vooral bij myeloperoxidase (MPO)-positieve AAV en bij patiënten bij wie maar een paar specialismen betrokken zijn.
Bron: