Atezolizumab resulteert in overlevingswinst bij patiënten met spierinvasief urotheelcarcinoom (MIUC) die positief zijn voor circulerend tumor-DNA (ctDNA) en die deze immuuntherapie krijgen na cystectomie. Dit blijkt uit een subgroepanalyse bij deelnemers aan de fase III-trial IMvigor010.1
CtDNA, dat ook wel ‘liquid biopsy’ wordt genoemd, is een veelbelovende minimaal invasieve marker voor het opsporen van tumorresten en metastasen. Bij MIUC is de kans op terugkeer van de ziekte na cystectomie hoog: ongeveer 50%. In de fase III-trial IMvigor010 is atezolizumab vergeleken met observatie bij MIUC-patiënten die waren geopereerd. Hieruit bleek geen significant langere ziektevrije overleving. Een uitzondering hierop, zo bleek uit een tussentijdse analyse, waren ctDNA-positieve patiënten (HR 0,59; 95%-BI 0,41-0,86).2 Prof. dr. Jürgen Gschwend (München, Duitsland) presenteerde een update van de totale overleving in IMvigor010 na een follow-up van mediaan 36,4 maanden. Hij vertelde dat de totale overleving in de intention-to-treat (ITT)-populatie consistent was met de eerdere interimanalyse. In de atezolizumab- en de observatiearm waren respectievelijk 41% en 42% van de deelnemers overleden (HR 0,91; 95%-BI 0,73-1,13). Volgens Gschwend hadden tumorstadium, nodale status, tumormutaties en PD-L1-status geen significante positieve invloed op de overleving. CtDNA-positiviteit had dat wel (HR 0,59; 95%-BI 0,42-0,83). De mediane totale overleving van ctDNA-positieve patiënten met een hoog risico op terugval was 14,1 maanden, terwijl deze bij ctDNA-negatieve patiënten nog niet bereikt was (HR 6,30; 95%-BI 4,30-9,30).
De mediane overleving van ctDNA-positieve patiënten in de atezolizumabarm (n = 116) was bijna twee keer zo lang als in de observatiearm (n = 98): 29,8 maanden versus 14,1 maanden (HR 0,59; 95%-BI 0,42-0,83). Longitudinaal testen op ctDNA verhoogde de sensitiviteit voor het eerder vinden van radiografische terugvallen. De IMvigor010-trial is met het oog op deze resultaten opnieuw opgezet.
Bronnen: