Robotgeassisteerde partiële nefrectomie (RAPN) resulteerde in de OpeRa-studie na 30 dagen in een betere kwaliteit van leven en minder pijnklachten dan open partiële nefrectomie (OPN) bij patiënten met niertumoren van gemiddelde tot hoge complexiteit. Deze verschillen waren na 1 jaar niet meer significant.
De fase III-trial OpeRa (NCT03849820) was opgezet om de superioriteit aan te tonen van RAPN versus OPN bij het verminderen van postoperatieve complicaties na 30 dagen. In plaats van de geplande 606 deelnemers werden er slechts 240 gerandomiseerd naar RAPN of OPN. Er waren numeriek minder complicaties in de RAPN-groep.
Eerste auteur prof. dr. Marc-Oliver Grimm uit het Duitse Jenau presenteerde de resultaten in termen van kwaliteit van leven. Die werd tot 1 jaar na de ingreep gemeten aan de hand van een tweetal vragenlijsten: de Global Health Status/Quality of Life (GHS/QoL) van de EORTC Quality of Life Questionnaire (EORTC QLQ-C30); en de 5-level EQ-5D version (EQ-5D-5L) visueel-analoge schaal (VAS).
Beide gaven aan dat de kwaliteit van leven 30 dagen na de operatie (het primaire eindpunt) beter was in de RAPN-groep. Ook was er minder pijn in de RAPN-groep, een verschil dat na 30 dagen op beide schalen significant was en op de EQ-5D-5L VAS ook al na 5 dagen. De pijn had in de RAPN-groep ook minder effect op activiteiten van het dagelijks leven. Het totale opioïdgebruik was in beide groepen vergelijkbaar. Na 1 jaar waren er geen significante verschillen meer tussen beide groepen in pijn of kwaliteit van leven.
Bron: