Een Chinese gerandomiseerde studie laat zien dat wanneer antiretrovirale therapie (ART) snel gestart kan worden bictegravir/emtricitabine/tenofoviralafenamide (BIC/FTC/TAF) superieur is aan tenofovirdisoproxilfumaraat + lamivudine + efivarenz (TDF+3TC+EFV). Daarbij gaat BIC/FTC/TAF gepaard met minder bijwerkingen en minder patiënten die stoppen wegens bijwerkingen.
De Chinese richtlijn voor de diagnose en behandeling van hiv/aids bevat sinds 2021 de aanbeveling om zo spoedig mogelijk te startten met ART. Maar omdat nog niet goed bekend is hoe dit in China precies zou moeten gebeuren en met welke behandeling, startten Chinese onderzoekers een gerandomiseerde studie. Hiervoor werden tussen maart 2021 en april 2022 in 8 centra nieuw gediagnosticeerde mannen die seks hebben met mannen (MSM) geïncludeerd, aan wie werd gevraagd of zij snel (binnen 14 dagen) wilden starten met ART. Patiënten die dit wilden, werden gerandomiseerd naar BIC/FTC/TAF (n = 132) of TDF+3TC+EFV (n = 126), patiënten die weigerden mochten kiezen uit een van beide behandelingen.
In Glasgow werd een analyse gepresenteerd van de vergelijking tussen beide snel gestarte groepen. Het primaire eindpunt van de studie was het percentage patiënten waarbij het virus succesvol werd onderdrukt (< 50 kopieën/ml) na 24 weken. Na 24 weken was hiervan sprake bij 93,5% van de deelnemers in de BIC/FTC/TAF-groep en bij 74,7% in de TDF+3TC+EFV-groep (p < 0,001). Daarbij daalden de aantallen viruskopieën sneller bij BIC/FTC/TAF. Wat betreft aantallen CD4+-T-cellen waren er geen significante verschillen.
Wel leidde BIC/FTC/TAF tot minder bijwerkingen. Bijwerkingen die waren gerelateerd aan de medicatie traden op bij 13,9 versus 31,9% van de deelnemers ( p = 0,002). Ook stopten meer mensen in de TDF+3TC+EFV-groep wegens bijwerkingen (0 vs. 6,6%).
De onderzoekers meldden dat data met een follow-up van 48 weken zullen worden gepresenteerd tijdens een toekomstig congres.