De A/T/N-classificatie onderstreept dat biomarkers belangrijker zijn dan de klinische status. Bij het selecteren van personen voor onderzoek is wellicht een combinatie van beide nodig, aangezien de prognostische waarde van de A/T/N-classificatie afhankelijk is van de klinische status. Dit is naar voren gekomen uit een langdurige, retrospectieve diagnostische vergelijking bij vroege ziekte van Alzheimer.
De niet-gebiaste classificatie van amyloïd, tau en neurodegeneratie (A/T/N) is opgesteld om personen in het Alzheimer-continuüm te karakteriseren. Er is tot nu toe weinig onderzoek gedaan naar deze classificatie in klinische cohorten.
Retrospectieve studie
In de huidige retrospectieve studie is het A/T/N-classificatiesysteem vergeleken met de resultaten van een twee jaar durende klinische studie, waarvan de follow-up was verlengd tot 10 jaar na de inclusie. De resultaten verschenen tegelijk met het EAN-congres in het Journal of Alzheimer’s disease.
Er werden 102 personen geïncludeerd met klinisch-gediagnosticeerde ziekte van Alzheimer in combinatie met dementie of amnestische milde cognitieve achteruitgang (MCI) en 61 cognitief gezonde controlepersonen. Van alle deelnemers werden de belangrijkste biomarkers voor Alzheimer in de cerebrospinale vloeistof (Aβ42, gefosforyleerd tau en totaal tau) op baseline toegepast op de A/T/N-classificatie. Als gouden standaard werd de laatste klinische diagnose na een uitgebreide follow-up gebruikt.
Krachtige voorspeller
De A/T/N-classificatie bleek een krachtige voorspeller voor Alzheimer-dementie, zelfs bij cognitief gezonde personen. Amnestische MCI was heterogeen, zowel wat betreft de klinische uitkomsten, als wat betreft de verdeling binnen de A/T/N-classificatie. Sommige personen met amnestische MCI ontwikkelden klinisch-manifeste Alzheimer-dementie binnen elk van de vier belangrijkste groepen van de A/T/N-classificatie. Als alle biomarkers positief waren, trad het vaakste progressie op. Progressie kwam ook vaak voor bij vermoede niet-Alzheimer-pathofysiologie (A- T+ N+) en bij een drievoudig negatieve A/T/N-status. Personen met laatstgenoemde status die cognitief gezond waren, bleven dat ook in de loop van de studieperiode. Bij personen met amnestische MCI waren de klinische uitkomsten heterogeen, waarbij Alzheimer-dementie en andere vormen van dementie konden ontstaan of herstel kon optreden.
Bronnen: