De kans om te overlijden aan besmetting met de Omicron-variant van COVID-19 was bij mensen met hiv relatief hoog, zeker als zij lage aantallen CD4-cellen hadden. Bij mensen zonder hiv daalde de mortaliteit tijdens de Omicron-golf aanzienlijk, terwijl deze daling bij mensen met hiv veel bescheidener was. Dit blijkt uit een analyse die is uitgevoerd in opdracht van de Wereldgezondheidsorganisatie WHO.
Uit de analyse bleek ook een relatief hoge kans op overlijden aan COVID-19-besmetting bij mensen van wie de hiv-status onbekend is. Dit moet volgens de onderzoekers aanleiding zijn om testen op hiv en de behandeling van hiv te intensiveren. Ze concluderen verder dat hun resultaten wijzen op de noodzaak WHO-richtlijnen te implementeren die aanbevelen om boostervaccins te geven aan bevolkingsgroepen met de meeste kans op ernstige COVID-19. Nu is nog duidelijker dat mensen met hiv hier ook toe gerekend moeten worden.
De onderzoekers konden beschikken over data van het WHO Global Clinical Platform, met ruim 821.000 patiënten uit 42 landen die met COVID-19 opgenomen zijn geweest. Mensen met hiv bleken een 54% hogere sterftekans te hebben tijdens de virusvarianten voor Delta (aHR 1,54; 95%-BI 1,42-1,68) dan mensen zonder hiv. Tijdens de golf van het Delta-virus was de sterftekans 56% hoger (aHR 1,56; 95%-BI 1,40-1,74), en tijdens de golf van de Omicron-variant 142% (aHR 2,42; 95%-BI 2,11-2,78).
Ongeacht de virusvariant waren ernstige COVID-19 en een lage afweer (een laag aantal CD4+ cellen) geassocieerd met mortaliteit. COVID-19-vaccinatie verlaagde de kans op overlijden na besmetting met de Delta- en de Omicron-variant met respectievelijk 39 en 38%. Opvallend was dat de mortaliteit bij mensen met hiv daalde van 25% tijdens de Delta-golf naar 18% tijdens de Omicron-golf, terwijl deze daling bij mensen zonder hiv veel groter was: van 21 naar 7,9%.
Bron: