Een Aziatische studie naar de effectiviteit en veiligheid van crizotinib als behandeling voor ROS1-positief NSCLC toont een mediane overleving van 44 maanden. De studie is de grootste fase II- studie naar een ROS1-remmer voor NSCLC tot nog toe.
Genetische afwijkingen van ROS1 zijn bij patiënten met NSCLC relatief zeldzaam, met een prevalentie van 1-2%. In Azië is de prevalentie met 2-3% iets hoger. Onderzoekers in Japan, Zuid-Korea, Taiwan en China onderzochten de ALK-remmer crizotinib als behandeling voor ROS1-positief NSCLC in een studie met in totaal 127 Oost-Aziatische patiënten. Eerder gepresenteerde primaire resultaten van de studie toonden een ORR van 71,7%, een responsduur van 19,7 maanden, een progressievrije overleving van 15,9 maanden en een mediane totale overleving van 32,5 maanden. De nu gepresenteerde uitkomsten komen uit een analyse met 3 extra jaren follow-up (mediane follow-up 56,1 maanden).
In de totale groep was de mediane overleving toegenomen tot 44,2 maanden. Na 3 jaar was nog 54,1% van de patiënten in leven, en na 4 jaar 46,7%. Daarbij werd een verschil in mediane overleving gevonden tussen Japan, Korea/Taiwan en China van respectievelijk 31,2, 43,7 en 48,5 maanden, maar deze subgroepanalyse moet voorzichtig worden geïnterpreteerd vanwege het geringe aantal patiënten, waarschuwden de onderzoekers. Ook bleek behandeling met crizotinib gepaard te gaan met een significante verbetering van de kwaliteit van leven, die naarmate de follow-up vorderde, ook behouden bleef.
Wat betreft het toxiciteitsprofiel waren er geen onverwachte bevindingen. 8,7% van de deelnemers stopte met de behandeling wegens bijwerkingen.
De onderzoekers concluderen dat de resultaten het gebruik van crizotinib bij patiënten met ROS1-positief gevorderd NSCLC ondersteunen.
Bron
- Wu Y, et al. Overall survival from a phase 2 study of crizotinib in East Asian patients with ROS1+ advanced non-small-cell lung cancer. WCLC 2021, abstract P45.06.