In de internationale FINEARTS-HF-trial had finerenon ten opzichte van placebo geen effect op de eGFR bij patiënten met hartfalen. Het middel zorgde wel voor een snelle en blijvende afname van albuminurie, zo bleek uit de presentatie van Finnian McCausland in de eerste High-Impact Clinical Trials-sessie.
Finerenon, een niet-steroïde selectieve mineralocorticoïdreceptorantagonist, kan cardiorenale uitkomsten verbeteren bij patiënten met chronische nierschade en diabetes type 2. Tot nu toe waren de effecten van finerenon op de nieren bij patiënten met hartfalen echter onbekend en dat was de reden om de wereldwijde FINEARTS-HF-studie op te zetten. De onderzoekers randomiseerden hierin 6.001 patiënten met hartfalen met een licht gereduceerde of gepreserveerde ejectiefractie, met en zonder diabetes en chronische nierschade, naar finerenon of placebo. Vervolgens bepaalden ze hoe vaak het samengestelde eindpunt – minimaal 50% daling van de eGFR óf nierfalen (eGFR blijvend < 15 ml/min/1,73 m2 of start van nierfunctievervangende therapie) – voorkwam.
In de follow-upperiode van 2,6 jaar trad het eindpunt maar weinig op: bij 75 patiënten in de finerenon-groep en 55 in de placebogroep, een statistisch niet-significant verschil (HR 1,33; 95%-BI 0,94-1,89). Finerenon leidde na 6 maanden wél tot een verlaging van 30% (95%-BI 25-34%) van de urine albumine-creatinineratio (UACR) ten opzichte van placebo. Dit effect bleef de rest van de follow-upperiode bestaan, onafhankelijk van de aanwezigheid van diabetes. Verder verminderde finerenon het risico op nieuwe albuminurie met 38% onder de deelnemers die op baseline een UACR < 300 mg/g hadden (HR 0,62; 95%-BI 0,53-0,73), ook weer onafhankelijk van diabetes.
‘Hoewel finerenon in eerste instantie een daling gaf in de nierfunctiewaardes, zagen we op de langere termijn geen verschil meer met placebo,’ zei eerste auteur McCausland van het Brigham and Women’s Hospital in Boston. ‘De afname van albuminurie die we zagen is een goed teken.’
Bron: