Europese consensus over vaccinatiestrategie bij MS-patiënten

Delen via:
ECTRIMS 2023

In de afgelopen 5 jaar hebben commissies in verschillende landen nationale richtlijnen opgesteld over hoe MS-patiënten het beste beschermd kunnen worden tegen infecties die met vaccinatie te voorkomen zijn. Na een gezamenlijke inspanning van ECTRIMS en de European Academy of Neurology is nu ook op Europees niveau consensus bereikt.1 

Susana Otero-Romero presenteerde enkele hoofdpunten uit de nieuwe Europese consensus2. Uit verschillende onderzoeken is gebleken dat vaccins veilig zijn voor patiënten met MS, zowel voor mensen zonder én met gebruik van DMTs. Zo bleken geïnactiveerde vaccins, zoals vaccins tegen DTPPHi, griep en pneumokokken, veilig voor MS-patiënten die behandeling krijgen met DMTs. Ook kwam uit recente studies naar voren dat levend afgezwakte virusvaccins tegen gele koorts, varicellazoster en bof, mazelen, rodehond (BMR) geen verhoogd risico op relapses geven bij MS-patiënten. 

Een aandachtspunt is de immunogeniciteit na vaccinatie, want deze is minder hoog bij MS-patiënten die behandeld worden met anti-CD20-antilichamen of sfingosine-1-fosfaat (S1P)-receptormodulatoren. De onderzoekers raden aan om vaccinatie wanneer mogelijk uit te voeren zodra de MS-diagnose gesteld wordt, of in de vroege fase van de ziekte, zodat vaccinatie geen reden kan vormen voor vertraging in de start van MS-behandeling. 

Bij niet-behandelde MS-patiënten of patiënten die een immuunmodulerende behandeling krijgen met interferon of glatirameeracetaat, en die van plan zijn om te starten met een immuunremmende behandeling, kunnen geïnactiveerde vaccins op elk moment worden toegediend, maar bij voorkeur minstens 2 weken voor het begin van de behandeling. Hierdoor treedt een volledige immuunreactie op. Levend afgezwakte vaccins moeten ten minste 4 weken voor de start van een immuunremmende MS-behandeling gegeven worden, en bij ocrelizumab en alemtuzumab minimaal 6 weken ervoor. De auteurs stellen verschillende strategieën voor die een gepersonaliseerde aanpak mogelijk maken.

Bron:

  1. Otero-Romero, S. Treatment screening and monitoring: the importance of infectious diseases. ECTRIMS 2023, abstract O012/4066.
  2. Otero-Romero S, Lebrun-Frénay C, Reyes S, et al. ECTRIMS/EAN consensus on vaccination in people with multiple sclerosis: Improving immunization strategies in the era of highly active immunotherapeutic drugs. Mult Scler. 2023 Jul;29(8):904-25.

Frequentie van constipatie bij diverse anti-CGRP-middelen verschilt

dec 2023 | Hoofdpijn

Lees meer over Frequentie van constipatie bij diverse anti-CGRP-middelen verschilt

Lagere vitamine D-spiegels houden verband met ernst van migraine

dec 2023 | Hoofdpijn

Lees meer over Lagere vitamine D-spiegels houden verband met ernst van migraine

Galcanezumab biedt hogere respons dan traditionele preventieve migrainemedicatie

dec 2023 | Hoofdpijn

Lees meer over Galcanezumab biedt hogere respons dan traditionele preventieve migrainemedicatie

Ineffectieve controle van Epstein-Barr-virusgeïnduceerde autoimmuunreacties

okt 2023 | Multipele Sclerose, Virale infecties

Lees meer over Ineffectieve controle van Epstein-Barr-virusgeïnduceerde autoimmuunreacties

Vermindering van nieuwe laesieactiviteit bij gebruik fenebrutinib

okt 2023 | Multipele Sclerose

Lees meer over Vermindering van nieuwe laesieactiviteit bij gebruik fenebrutinib

Geen dosistitratie nodig na korte stop in gebruik ozanimod

okt 2023 | Multipele Sclerose

Lees meer over Geen dosistitratie nodig na korte stop in gebruik ozanimod

Radiologisch geïsoleerd syndroom en het risico op ontwikkeling van MS

okt 2023 | Multipele Sclerose

Lees meer over Radiologisch geïsoleerd syndroom en het risico op ontwikkeling van MS

Progressie onafhankelijk van relapse-activiteit gaat samen met wittestofdegeneratie

okt 2023 | Multipele Sclerose

Lees meer over Progressie onafhankelijk van relapse-activiteit gaat samen met wittestofdegeneratie

Cladribine heeft vooral invloed op B-geheugencellen

okt 2023 | Multipele Sclerose

Lees meer over Cladribine heeft vooral invloed op B-geheugencellen