Van de volwassenen met systemische sclerose (SSc) ontwikkelt 40-60% een interstitiële longziekte (ILD). Dat is de belangrijkste doodsoorzaak in deze patiëntenpopulatie. Een klein deel van de patiënten met SSc-ILD die deelnamen aan de CONQUER-studie, kreeg nintedanib. De meeste patiënten konden daarmee doorgaan.
De tyrosinekinaseremmer nintedanib was het eerste medicijn dat is goedgekeurd voor de behandeling van SSc-ILD. De goedkeuring is gebaseerd op de resultaten van de SENSCIS-studie. Het was nog niet bekend hoe nintedanib in de klinische praktijk wordt gebruikt.
In de CONQUER-studie is het voorschrijfgedrag van nintedanib in SSc-expertisecentra in de Verenigde Staten in kaart gebracht. Van de 459 deelnemende patiënten hadden 202 (44%) ILD.
Tijdens hun ziektebeloop van SSc-ILD hadden 14 patiënten (6,9%) ooit nintedanib gebruikt. Onder degenen die nintedanib kregen in vergelijking met degenen die dat niet kregen, was een groter deel man (42,9 vs. 19,1%) en hispanic (21,4 vs. 10,8%), had nooit gerookt (78,6 vs. 67,0%), was Scl-70-positief (50,0 vs. 35,6%) en had crepitaties bij auscultatie (71,4 vs. 32,6%), terwijl een kleiner deel centromeer-positief (0 vs. 10,1%) of RNA-polymerase 3-positief (7,1 vs. 22,9%) was.
SSc-patiënten die nintedanib kregen, hadden op baseline een lagere geforceerde vitale capaciteit, totale longcapaciteit en diffusiecapaciteit voor koolmonoxide dan degenen die dat niet kregen.
Van de 14 patiënten die nintedanib kregen, gingen 10 personen (71,4%) hiermee door, 2 personen (14,3%) stopten en herstartten dit medicijn en 2 personen (14,3%) stopten hiermee. 12 van de 14 (85,7%) patiënten die nintedanib kregen, kregen gelijktijdig mycofenolaatmofetil (MMF).
Er moet nader onderzoek gedaan worden naar de verdraagbaarheid van nintedanib in de klinische praktijk, inclusief redenen voor stopzetting. Longitudinale registers, zoals CONQUER, zijn essentieel om inzicht te krijgen in de SSc-zorg.
Bron: