Gebruikers van pre-expositieprofylaxe (PrEP) die meer dan tien partners per drie maanden hebben, gebruikten bijna driemaal zo vaak macroliden als de algemene Belgische bevolking. Dat blijkt uit een deelstudie van een klinisch onderzoek dat loopt bij het Instituut voor Tropische Geneeskunde Antwerpen. Deze groep loopt vanwege het hoge macrolidengebruik risico op het optreden en overdragen van antimicrobiële resistentie. De resultaten zijn gepresenteerd tijdens het STI & HIV 2021 World Congress.
In zijn onderzoek wilde Christophe Van Dijck, promovendus aan de Universiteit van Antwerpen, duidelijk krijgen of PrEP-gebruikers met meerdere sekspartners meer macroliden gebruiken vanwege bijvoorbeeld het optreden van soa’s. Hij maakte daarbij gebruik van een gerandomiseerde klinische studie in het Instituut voor Tropische Geneeskunde. Deelnemers aan die studie rapporteerden iedere drie maanden het aantal (incidentele) sekspartners in die periode en ondergingen een screening op en eventuele behandeling van chlamydia of gonorroe. Van Dijck ging bij alle 343 PrEP-gebruikers die aan de studie deelnamen na of en in welke dosering zij macroliden gebruikten. Hij vergeleek het antibioticagebruik van mensen die meer of minder dan tien sekspartners per drie maanden hadden en vergeleek dit met het gebruik van macroliden in de algemene Belgische bevolking.
Gemiddeld hadden de studiedeelnemers tien sekspartners per drie maanden, was de incidentie van de soa’s gonorroe, chlamydia en syfilis 127 per 100 persoonsjaren en bedroeg het gebruik van macroliden 8,5 dagelijkse doses per 1000 individuen per jaar (DID). Ongeveer de helft van de groep had meer dan tien sekspartners per drie maanden. Zij waren goed voor 60% van de soa’s. Met ruim 10 DID gebruikten zij ruim 1,6 keer zo veel macroliden als degenen met minder dan tien sekspartners, die 6,4 DID macroliden innamen. De algemene Belgische bevolking gebruikt 3,5 DID macroliden.
Bron: