Tweedelijnsbehandeling van kleincellig longcarcinoom (SCLC) met lurbinectedin plus doxorubicine biedt geen overlevingsvoordeel ten opzichte van standaardchemotherapie. Wel ging de combinatiebehandeling gepaard met aanzienlijk minder bijwerkingen, meldden onderzoekers van de ATLANTIS-studie.1
Met lurbinectedin monotherapie als tweedelijnsbehandeling voor SCLC werd in een eerdere studie een goed responspercentage gezien.2 De ATLANTIS-studie was bedoeld om de effectiviteit van lurbinectedin in deze setting te bevestigen, maar werd in dit onderzoek gecombineerd met doxorubicine. In totaal werden 613 patiënten gerandomiseerd, die ofwel lurbinectedin plus doxorubicine kregen (max. 10 keer combinatiebehandeling, gevolgd door lurbinectedin eens per 3 weken), of standaardchemotherapie (topetecan of cyclofosfamide/doxorubicine/vincristine).
De totale overleving was niet significant verschillend tussen beide groepen. In de lurbinectedin-groep was de mediane overleving 8,6 maanden, versus 7,6 maanden in de controlegroep (HR 0,967). Daarentegen verschilde de progressievrije overleving wel, waarbij een voordeel werd gezien van lurbinectedin plus doxorubicine (HR 0,831). In beide groepen was de mediane progressievrije overleving met 4,0 maanden echter hetzelfde. Responspercentages waren met rond de 30% vergelijkbaar in beide groepen, maar wel was de mediane duur van de respons groter in de experimentele groep (5,7 vs. 3,8 maanden, HR 0,581).
Tevens was lurbinectedin plus doxorubicine duidelijk minder toxisch dan standaardchemotherapie. Er waren minder bijwerkingen van graad 3 of hoger (47,2 vs. 75,4%), minder graad 4-bijwerkingen (16,2 vs. 54,7%) en minder aan bijwerkingen gerelateerde sterfgevallen (0,3 vs. 3,5%). Met name anemie en neutropenie traden minder vaak op bij patiënten uit de lurbinectedin-groep.
De onderzoekers concluderen dat in de studie een vergelijkbare effectiviteit werd gezien van lurbinectedin plus doxorubicine en standaardchemotherapie, maar dat de behandeling wel aanzienlijk minder bijwerkingen oplevert. Momenteel wordt lurbinectedin onderzocht in combinatie met andere middelen, zoals irinotecan en immuuncheckpointremmers.
Bronnen
- Paz-Ares L, et al. Lurbinectedin/doxorubicin versus CAV or topotecan in relapsed SCLC patients: Phase III randomized ATLANTIS trial. WCLC 2021; abstract PL02.03.
- Trigo J, Subbiah V, Besse B, et al. Lurbinectedin as second-line treatment for patients with small-cell lung cancer: a single-arm, open-label, phase 2 basket trial. Lancet Oncol. 2020; 21(5):645-54.