Hoewel data over de langetermijnoverleving van patiënten met PF-ILD ontbreken, blijkt het toch mogelijk hier een beeld van te vormen. Onderzoekers matchten data van patiënten met IPF aan data van PF-ILD-patiënten en schatten vervolgens met behulp van een Bayesiaanse analyse de vijfjaarsoverleving van de PF-ILD-patiënten.
De langetermijnoverleving bij progressief fibroserende interstitiële longziekten (PF-ILD) is nog niet onderzocht in klinische trials of real-world data. Het verloop van idiopathische pulmonale fibrose (IPF) en PF-ILD is echter vergelijkbaar. Met een Bayesiaanse analyse kan daarom op grond van data uit langdurige IPF-studies een a-priorischatting worden gemaakt van wat de overleving zou zijn in een langdurige klinische trial.
Voor de analyse gebruikten de onderzoekers data van de INBUILD-trial, een fase III-studie naar het effect van de fibroseremmer nintedanib bij PF-ILD. Deze data koppelden zij via propensity score matching aan data uit vier trials naar het effect van nintedanib bij IPF (TOMORROW, INPULSIS-I, INPULSIS-II en INPULSIS-ON). Op deze data pasten zij vervolgens zeven traditionele survivalmodellen toe. De drie best passende modellen gebruikten zij als input voor een Bayesiaanse survivalanalyse. Uit die analyse bleek dat de mediane totale overleving bij PF-ILD in de nintedanib-groep varieerde van 6,34-6,50 jaar en in de placebogroep van 3,42-3,76 jaar. De vijfjaarsoverleving varieerde van 59-60% en 21-34% respectievelijk.
De onderzoekers concluderen dat zij, met de gebruikte methode, een robuuste schatting kunnen maken van de vijfjaarsoverleving van patiënten met PF-ILD die behandeld worden met nintedanib of placebo.
Bron