Consolidatietherapie met atezolizumab laat bij patiënten met hoogrisico diffuus grootcellig B-cellymfoom een betere ziektevrije overleving zien in vergelijking met historische gegevens. Dat blijkt uit de finale analyse van de HOVON151-studie.
De ziektevrije overleving (DFS) na 2 jaar is bij een behandeling bestaande uit rituximab, cyclofosfamide, doxorubicine, vincristine en prednisolon (R-CHOP) bij patiënten met diffuus grootcellig B-cellymfoom (DLBCL) met een hoog risico die volledige metabole remissie (CMR) bereiken, 78%.
Een eerstelijnsbehandeling met R-CHOP in combinatie met atezolizumab liet echter veelbelovende resultaten zien. De hypothese van de onderzoekers was dan ook dat een jaar durende consolidatietherapie met atezolizumab na R-CHOP de minimale restziekte bij patiënten met een CMR zou kunnen elimineren. Het doel was het verbeteren van de DFS na 2 jaar, van een historisch maximale 79% naar 86% of hoger.
Van januari 2019 tot januari 2022 werden 109 patiënten geïncludeerd. Het gemiddelde aantal toegediende cycli atezolizumab was 14, en in totaal voltooide 64% (70 patiënten) de volledige behandelingskuur. De DFS na 2 jaar was 87,9% en voldeed hiermee aan de primaire doelstelling. De totale overleving (OS) na 2 jaar was opmerkelijk, namelijk 96,3%.
Er traden bij 15 patiënten recidieven op. Hiervan ontvingen er 13 chemotherapie, en 10 van hen (77%) bereikten een tweede CMR. Slechts 1 van deze 10 patiënten had een tweede terugval; deze onderging vervolgens CAR T-celtherapie.
Bron: