Blinatumomab verbetert de overleving bij kinderen en jongvolwassenen met recidiverende acute lymfatische B-cel-leukemie (B-ALL) aanzienlijk in vergelijking met standaard chemotherapie als post-re-inductie consolidatiebehandeling voorafgaand aan de allogene stamceltransplantatie. Dat blijkt uit een gerandomiseerde fase III-studie van de Children’s Oncology Group Study.
Blinatumomab, een bispecifiek antilichaamconstruct dat specifiek bindt aan CD19 en CD3, is momenteel goedgekeurd door de FDA voor behandeling van recidiverende en refractaire B-ALL-patiënten. Dit is de eerste studie die nagaat of deze vorm van immuuntherapie ook werkzaam en veilig is bij kinderen en jongvolwassenen met minimale residuale ziekte (MRD) na een eerste chemokuur na een recidief. Deze groep patiënten komt vaak niet in aanmerking voor een stamceltransplantatie en heeft hierdoor een slechte prognose.
In totaal werden 208 patiënten 1:1 gerandomiseerd. Na een mediane follow-up van 1,4 jaar bleken patiënten die blinatumomab kregen een betere ziektevrije overleving (59%) te hebben dan patiënten in de controlegroep (41%). De overall survival (OS) was respectievelijk 79% en 59%. Na de immuuntherapie kon 73% van de patiënten alsnog een stamceltransplantatie ondergaan, in vergelijking met 45% in de controlegroep. Van de patiënten met detecteerbare MRD na de eerste maand chemotherapie bereikte 79% in de blinatumomab-groep MRD-negativiteit, vergeleken met 21% in de groep die alleen chemotherapie kreeg.
Brown PA, et al. A randomized phase 3 trial of blinatumomab vs. chemotherapy as post-reinduction therapy in high and intermediate risk (HR/IR) first relapse of B-acute lymphoblastic leukemia (B-ALL) in children and adolescents/young adults (AYAs) demonstrates superior efficacy and tolerability of blinatumomab: a report from Children’s Oncology Group Study AALL1331. ASH Meeting and Exposition 2019, abstract LBA-1.