Bij 2,2% van de patiënten die met COVID-19 op de IC liggen, treedt een acute beroerte op. Deze conclusie is gebaseerd op gegevens van een omvangrijk internationaal register van COVID-19-patiënten in kritieke toestand. Ischemische beroerte was bij deze patiënten niet geassocieerd met een significant hogere kans op overlijden, hemorragische beroerte was dat wel.
“Beroerte is een bekende ernstige complicatie van COVID-19 met in een aantal studies een incidentie die hoger was dan verwacht, in het bijzonder bij jonge mensen.” Dit zei dr. Jonathon Fanning van de University of Queensland (Brisbane, Australië). “Bij de ziekste patiënten, die op de IC zijn opgenomen, was beroerte in ons onderzoek echter niet een veel voorkomende complicatie; ook verhoogde ischemische beroerte de kans op overlijden bij hen niet.”
Voor dit onderzoek is gebruikgemaakt van de database van het internationale COVID-19 Critical Care Consortium (CCCC). Er werden 2699 IC-patiënten uit 52 landen geïncludeerd. De gemiddelde leeftijd was 53 jaar, 65% was man. Van hen kregen 59 (2,2%) een acute beroerte tijdens hun verblijf op de IC. Bij 19 (32%) betrof het een ischemische beroerte, bij 27 (46%) een hemorragische beroerte, en bij 13 (22%) was dit niet gespecificeerd.
Ischemische beroerte verhoogde de kans op overlijden niet (HR 1,0; 95%-BI: 0,5–2,4), maar hemorragische beroerte heel duidelijk wel (HR 2,7; 1,4–5,3). De mortaliteit onder patiënten met een hemorragische beroerte was erg hoog (72%), maar de beroerte zelf was slechts bij 15% van de patiënten de directe doodsoorzaak. Dr. Fanning concludeerde dat beroerte bij COVID-19-patiënten op de IC niet vaak voorkwam, en evenmin vaak de oorzaak van overlijden was. Hij voegde eraan toe dat het absolute aantal COVID-19-patiënten dat wereldwijd een beroerte krijgt, evengoed zeer hoog is.
Bron