Patiënten met gevorderd niet-kleincellig longcarcinoom ervaren een even goede kwaliteit van leven wanneer zij behandeld worden met enkel chemotherapie of immuuncheckpointremmers als wanneer zij een combinatiebehandeling ontvangen met beide soorten medicatie. Dat blijkt uit een studie op basis van real-world data.
Bijwerkingen van een behandeling tegen kanker kunnen de kwaliteit van leven van patiënten negatief beïnvloeden. Dit effect is mogelijk groter als zij meer geneesmiddelen tegelijkertijd gebruiken. Om een weloverwogen beslissing te nemen over hun behandeling is het belangrijk dat patiënten alle voor- en nadelen tegen elkaar af kunnen wegen.
Onderzoekers uit het Medisch Centrum Leeuwarden vergeleken daarom, in een real-life setting, de kwaliteit van leven tussen 3 groepen patiënten die behandeld werden voor gevorderd niet-kleincellig longcarcinoom (NSCLC, stadium III-IV). Dit deden zij in een prospectieve, single-center cohort studie.
De patiënten in de studie werden behandeld met:
- alleen chemotherapie (CT, n = 17)
- alleen immuuncheckpointremmers (ICI, n = 17)
- een combinatie van beide soorten geneesmiddelen (CT + ICI, n = 59)
Bij aanvang van de studie vulden alle deelnemers vragenlijsten in over hun kwaliteit van leven (de kernvragenlijst en longkankermodule van de European Organization for Research and Treatment of Cancer Quality of Life Questionnaire; EORTC-QLQ-C30 en EORTC-CLC-LC13). Na 12 weken deden zij dit nogmaals. Ook vulden zij een vragenlijst in over hun tevredenheid met de behandeling (Cancer Therapy Satisfaction Questionnaire; CTSQ).
De baselinewaarden voor de globale gezondheid waren 52,60 (SD 26,30) voor de CT-groep, 58,33 (SD 19,34) voor de ICI-groep en 67,59 (SD 23,16) voor de CT+ICI-groep (p = 0,059). Na 12 weken scoorden de patiënten die CT + ICI kregen even goed op fysieke aspecten als patiënten die alleen CT of alleen ICI kregen (p = 0,388). Voor algemene gezondheid leek er een trend naar iets minder gunstige scores in de CT+ICI-groep (p = 0,052). Alle patiënten waren even tevreden over hun behandeling (score voor patiënten in de CT+ICI-groep: 70,42; SD 28,1).
De onderzoekers concludeerden dat patiënten een even goede kwaliteit van leven ervaren, of zij nu mono- of combinatietherapie voor NSCLC kregen en dat zij even tevreden waren over hun behandeling.
Bron: