Laaggedoseerd rivaroxaban biedt aanzienlijk overlevingsvoordeel en vermindert het risico op myocardinfarct en beroerte bij patiënten die recent een acuut coronair syndroom doormaakten. Daartegenover staat een verhoogd risico op ernstige bloedingen; voor patiënten met een laag bloedingsrisico kan de toevoeging van rivaroxaban waardevol zijn.
Een aanzienlijk deel van de patiënten na een acuut coronair syndroom (ACS) houdt, ondanks standaardbehandeling, risico op major adverse cardiovascular events (MACE). De vitamine-K-antagonisten (VKA’s) en de directe orale anticoagulantia (DOAC’s) vormen een optie als secundaire preventie, maar verhogen het bloedingsrisico. De European Society of Cardiology (ESC) beveelt een lage dosis rivaroxaban (2,5 mg) aan als aanvulling op de bloedplaatjesaggregatieremmers bij ACS-patiënten (klasse IIb).
Om dit advies nader te onderzoeken, is een literatuurreview uitgevoerd, waarbij 6.220 studies werden gescreend op patiënten die kortgeleden een ACS doormaakten. Uiteindelijk werden 5 studies met 41.351 patiënten in de analyse opgenomen, bij wie de effectiviteit van laaggedoseerd rivaroxaban plus acetylsalicylzuur versus acetylsalicylzuur monotherapie werd onderzocht.
Primaire uitkomsten waren myocardinfarct (MI), beroerte, ernstige bloedingen en sterfte door alle oorzaken. Bij de data-analyse middels een model met vaste effecten werden de risicoverhoudingen (HR) en de 95%-betrouwbaarheidsintervallen (BI) berekend.
De gemiddelde follow-upduur van de studies was 21,6 maanden en de gemiddelde leeftijd van de geïncludeerde patiënten was 63,8 jaar. Rivaroxaban (2,5 mg) liet een significant verlaagd risico op sterfte door alle oorzaken zien (HR 0,88; 95%-BI 0,81-0,95; p = 0,002), MI (HR 0,81; 95%-BI 0,70-0,94; p = 0,006) en beroerte (HR 0,61; 95%-BI 0,49-0,76; p < 0,00001) in vergelijking met alleen acetylsalicylzuur. Dit effect ging echter gepaard met een verhoogd risico op ernstige bloedingen (HR 1,66; 95%-BI 1,40-1,97; p < 0,01).
Bron: