De aanwezigheid van een tumorspecifiek antilichaamprofiel kan bijdragen aan het vroeg opsporen van melanoom. Deze innovatieve methode lijkt veelbelovend om de diagnose eerder te stellen en de prognose te verbeteren.1
Cancer-testis antigens (CTA) leiden tot de productie van specifieke antilichamen die kunnen fungeren als vroege diagnostische en prognostische markers voor melanoom. Hoofdonderzoeker Cristina Vico-Alonso van de Monash universiteit in Melbourne (Australië) vertelt in haar presentatie dat collega’s van het Olivia Newton John Kankerinstituut in Heidelberg (Australië) al een kankerspecifieke array hebben ontwikkeld die voor meer dan 100 tumorantigenen anti-CTA-antilichamen kan opsporen en kwantificeren.
Hoge specificiteit
In deze studie is gekeken of deze circulerende antilichamen behulpzaam kunnen zijn bij het vroeg opsporen van melanoom. Er is een kankerarray gebruikt om bloedmonsters van 199 patiënten met stadium I en II melanoom en 38 gezonde donoren te analyseren en te vergelijken. 3 specifieke IgG-antilichamen tegen tumorantigenen lijken veelbelovende diagnostische biomarkers voor melanoom in een vroeg stadium, met waarden voor de area under the curve (AUC) variërend van 0,857 tot 0,981 in de ontdekkingscohort en van 0,824 tot 0,985 in de interne validatiecohort.
Breder toepasbaar
Van de 3 geïdentificeerde markers toonde er 1 een AUC-waarde van 0,9805 in de ontdekkingscohort, met een sensitiviteit van 98% en specificiteit van 76%, en 0,9846 in de validatiecohort, met een sensitiviteit van 99% en specificiteit van 82%. Hoewel de bevindingen nog moeten worden bevestigd in een extern validatiecohort en daarna in grotere cohorten, lijkt deze methode veelbelovend als niet-invasieve diagnostische tool in een vroeg stadium. Bovendien lijkt de methode ook toepasbaar op andere solide tumoren.
Bron: