Natriumzirkoniumcyclosilicaat blijkt effectief bij het handhaven van normokaliëmie bij patiënten met hartfalen en hyperkaliëmie die een optimale dosis spironolacton gebruiken. Daarnaast vermindert natriumzirkoniumcyclosilicaat het risico op hyperkaliëmie en de noodzaak tot het verlagen of staken van spironolacton.1 De resultaten werden gelijktijdig met het congres gepubliceerd in het Journal of the American College of Cardiology.2
In deze studie werden patiënten met symptomatisch hartfalen (HF) (NYHA-klasse II-IV) en een linkerventrikelejectiefractie (LVEF) van ≤ 40% geïncludeerd. In totaal namen 366 patiënten aan de studie deel: 95 hadden hyperkaliëmie en 271 liepen risico daarop door hun leeftijd of een chronische nierziekte. Het merendeel van de deelnemers kreeg al een optimale behandeling voor hartfalen met gereduceerde ejectiefractie (HFrEF), zoals angiotensine converting enzyme (ACE)-remmers, angiotensine II-receptorblokkers (ARB’s) of angiotensinereceptor-neprilysineremmers (ARNI’s).
Tijdens een run-in-periode kregen alle patiënten spironolacton, opgebouwd tot 50 mg/dag. Patiënten met hyperkaliëmie of een risico daarop ontvingen daarnaast natriumzirkoniumcyclosilicaat om het kaliumgehalte te normaliseren, waarna ze werden gerandomiseerd voor natriumzirkoniumcyclosilicaat of een placebo gedurende 6 maanden. Na die 6 maanden had 71% van de patiënten in de natriumzirkoniumcyclosilicaat-groep het primaire eindpunt bereikt (normokaliëmie op spironolacton ≥ 25 mg/dag zonder rescue-behandeling voor hyperkaliëmie) versus 36% van de patiënten die een placebo kregen. In een gevoeligheidsanalyse van het primaire eindpunt, waarbij een conservatievere kaliumdrempel werd gebruikt om hyperkaliëmie te definiëren, bleef 84,8% van de patiënten die natriumzirkoniumcyclosilicaat gebruikten normokaliëmisch met spironolacton ≥ 25 mg/dag versus 50,9% in de placebogroep. Natriumzirkoniumcyclosilicaat verbeterde 4 van de 5 secundaire eindpunten, waaronder het uitstellen van hyperkaliëmie-episodes en het continueren van spironolacton zonder dosisverlaging. Er waren geen significante verschillen in kwaliteit van leven tussen beide groepen, zoals gemeten met de Kansas City Cardiomyopathy Questionnaire (KCCQ). Wel kwamen in de natriumzirkoniumcyclosilicaat-groep HF-events vaker (10%) voor dan in de placebogroep (2%). Het risico op sterfte of verslechtering van HF was 11% in de natriumzirkoniumcyclosilicaat-groep versus 3% in de placebogroep.
Bronnen:
- Kosiborod MN, Cherney DZI, Desai AS, et al. Sodium zirconium cyclosilicate for management of hyperkalemia during spironolactone optimization in patients with heart failure. AHA Congress 2024, abstract 4170277.
- Kosiborod MN, Cherney DZI, Desai AS, et al. Sodium zirconium cyclosilicate for management of hyperkalemia during spironolactone optimization in patients with heart failure. J Am Coll Cardiol. 2024 Nov 15:S0735-1097(24)10430-5.