In het grote Lifelines-cohort uit het noorden van Nederland was 7,8% HLA-B27-positief, wat vergelijkbaar is met eerdere studies. Bij slechts een klein deel van de HLA-B27-positieve deelnemers met chronische lagerugpijn die voldeden aan de ESSG-criteria voor inflammatoire rugpijn, was axiale spondyloartritis (axSpA) gediagnosticeerd. Daarom is er waarschijnlijk sprake van aanzienlijke onderdiagnostiek.
Chronische lagerugpijn die voor de leeftijd van 45 jaar begint, en inflammatoire rugpijn gelden als vroeg optredende en belangrijke kenmerken van axSpA. HLA-B27 geldt als de belangrijkste genetische risicofactor. Ondanks toenemende bekendheid met niet-radiografische axSpA en de komst van de MRI-scan om sacro-iliitis aan te tonen, duurt het nog steeds lang voordat de diagnose axSpA wordt gesteld.
Van de deelnemers aan het Lifelines-cohort, een groot populatiegebaseerd cohort in het noorden van Nederland, beantwoordden ruim 94.000 mensen de vraag over chronische lagerugpijn. Een kwart (24,2%) gaf aan daar last van te hebben. Chronische lagerugpijn vóór de leeftijd van 45 jaar kon vastgesteld worden bij 18,6% van de deelnemers.
Van de meeste respondenten (n = 93.665) waren de vragenlijsten naar inflammatoire rugpijn beschikbaar, vastgesteld volgens de criteria van de European Spondyloarthropathy Study Group (ESSG). Ongeveer één op de zeven personen (14,4%) voldeed aan de criteria voor inflammatoire rugpijn.
Bij 29.399 Lifelines-deelnemers werd het HLA-B-haplotype bepaald met een hoge predictieve nauwkeurigheid. 7,8% was HLA-B27-positief. In de groep HLA-B27-positieve deelnemers met chronische lagerugpijn (n = 373; 23,2%) voldeed 14,8% ook aan de ESSG-criteria voor inflammatoire rugpijn. Slechts 11 mensen (4,6%) meldden dat bij hen in het verleden axSpA was gediagnosticeerd.
Bron: