Een neurologische manifestatie bij acuut opgenomen COVID-19-patiënten leidt tot een bijna verzesvoudigde kans op overlijden. Acute encefalopathie, de helft van alle neurologische manifestaties, is geassocieerd met een 5,5 keer verhoogde kans op overlijden.
Dit blijkt uit een analyse van gegevens van de Global Consortium Study of Neurological Dysfunction in COVID 19 (GCS), die is opgezet om neurologische complicaties bij COVID-19-patiënten te onderzoeken. De resultaten van de analyse werden gepresenteerd door dr. Sherry Chou (University of Pittsburgh, VS) in een plenaire sessie met hot topics tijdens het AAN-congres.
Het ging daarbij om drie cohorten van acuut opgenomen COVID-19-patiënten: een GSC-cohort van 3055 volwassen patiënten met of zonder neurologische symptomen; een GSC-cohort van 475 patiënten die allemaal neurologische symptomen hadden; en 214 patiënten met of zonder neurologische symptomen uit het ENERGY-register van de EAN.
In het grote GSC-cohort van 3055 volwassen patiënten waren hoofdpijn (38%) en anosmia/ageusia (28%) de belangrijkste door patiënten zelf gerapporteerde symptomen. De volgende klinisch geverifieerde acute neurologische manifestaties kwamen het vaakst voor: acute encefalopathie (50%), coma (17%) en beroerte (3,1%). Myelopathie (0,2%) en meningitis/encefalitis (0,1%) kwamen het minst vaak voor. Een al bestaande neurologische stoornis was de belangrijkste voorspellende factor voor het ontwikkelen van nieuwe neurologische manifestaties (OR 2,23; 95%-BI 1,80–2,75; p < 0,001).
In een gecorrigeerde analyse was de kans op overlijden bij neurologische manifestaties verzesvoudigd vergeleken met opgenomen COVID-19-patiënten zonder deze manifestaties (OR 5,99; 95%-BI 4,33–8,28; p < 0,001); dit verschil was vooral gedreven door encefalopathie (OR 5,51; 95%-BI 4,01–7,57; p < 0,001) en coma (OR 7,70; 95%-BI 5,65–10,5; p < 0,001).
Bron:
Chou S, et al. Acute neurological manifestations in COVID-19: First report from the GCS-NeuroCOVID and ENERGY consortia. AAN 2021 [in press].