Het afgelopen jaar heeft een projectgroep van de EULAR en PReS gewerkt aan nieuwe aanbevelingen voor systemische juveniele idiopathische artritis (sJIA) en de ziekte van Still op volwassen leeftijd (AOSD).1 Een van de aanbevelingen wordt om de naam sJIA te schrappen.
4 thema’s
Sinds mei 2022 werkt de projectgroep, met onder meer 25 medische experts en 2 patiëntvertegenwoordigers, aan aanbevelingen voor 4 hoofdthema’s: de overeenkomsten tussen sJIA en AOSD, nieuwe diagnostische biomarkers, behandeldoelen en strategieën, en complicaties waaronder het macrofaagactivatiesyndroom (MAS). Hiervoor zijn 4 systematische reviews uitgevoerd. In maart 2023 heeft de projectgroep consensus bereikt over overkoepelende principes, aanbevelingen of punten voor de onderzoeksagenda.
Principes en aanbevelingen
De projectgroep heeft 3 overkoepelende principes geformuleerd (tabel). De belangrijkste is misschien wel dat de aanduiding sJIA verdwijnt en de 2 ziekten voortaan allebei ‘de ziekte van Still’ worden genoemd. Een ander principe is dat een treat-to-target strategie om medicijnvrije remissie te bereiken en gedeelde besluitvorming voortaan deel moeten uitmaken van de behandelingen. Verder moet MAS, ondanks de tegenwoordig verschillende beschikbare innovatieve therapieën, een aandachtspunt blijven voor de arts tijdens de behandeling.
Duidelijke handvatten
Daarnaast zijn de eerste 14 specifieke aanbevelingen nu bekend (tabel). Enkele voorbeelden: behandeldoelen kunnen zijn klinisch inactieve ziekte (minimaal 6 maanden) of remissie. De optimale behandelstrategie is gebaseerd op maximaal 6 maanden glucocorticoïden en daarna het starten van een IL-1- of -6-remmer. Verder kunnen levensbedreigende complicaties als MAS elk moment van de ziekte optreden en gaan de aanbevelingen over hoe deze te herkennen en te behandelen. Tot slot is er aandacht voor het verwijzen naar expertisecentra, ook wel Europese referentienetwerken (RITA). In Nederland zijn dat het UMCG, het Radboudumc en het UMC Utrecht.
Bron: