Nog voordat de hybride closed-loopsystemen op de markt kwamen, is een aantal patiënten met diabetes type 1 zelf aan de slag gegaan met zogeheten open source automatische insulinetoedieningssystemen (AID). Met vaak goede uitkomsten: een beter HbA1c en hogere Time in Range. CREATE is de eerste studie waarin de veiligheid en werkzaamheid van het meest gebruikte AID-systeem is geëvalueerd.
De open-sourcesystemen waren al jaren beschikbaar voordat commerciële systemen hun intrede deden, en deze worden inmiddels wereldwijd gebruikt door duizenden mensen met diabetes type 1. Het meest gebruikte open-source-AID maakt gebruik van een OpenAPS-algoritme van een versie van AndroidAPS, geïmplementeerd in een smartphone, met de DANA-i™ insulinepomp en Dexcom G6® CGM. Dit systeem is vergeleken met standaard sensortherapie (SAPT). Aan de studie namen 97 patiënten deel die weinig tot geen ervaring hadden met AID: 48 kinderen (7-16 jaar) en 49 volwassenen (16-70 jaar). De studie duurde 24 weken.
Hogere TiR
Primair eindpunt was de Time in Range (3,9-10 mmol/l) tijdens de laatste 2 weken van de studie. Zowel de kinderen als de volwassenen bereikten een hogere TiR met open-source-AID (14% verschil). De gemiddelde TiR aan het eind van het onderzoek was 74,5±11,9% voor volwassenen en 67,5±11,5% voor kinderen. De gemiddelde TiR was met SAPT aan het eind van de studie 56,5±14,2% voor volwassenen en 52,5 ±17,5% voor kinderen. 60% van de deelnemers die open-source-AID gebruikten, behaalde het internationaal vastgestelde streefdoel van een TiR hoger dan 70%; met SAPT was dit slechts 15%.
Voor de onderzoekers was het goed om te zien dat de mensen met de laagste TiR bij aanvang van de studie het meeste baat hadden bij open-source-AID. In geen van beide behandelingsgroepen trad ernstige hypoglykemie op of diabetische ketoacidose. In de groep die open-source-AID gebruikte, stopten twee deelnemers vanwege hardware problemen.
Bron