Een hogere titer antistoffen na een infectie met Chlamydia trachomatis gaat gepaard met een verdubbeling van het risico op infertiliteit. Dat blijkt uit een studie vanuit de afdeling STD Prevention van de Centers for Disease Control and Prevention, Atlanta, VS, die is gepresenteerd tijdens het STI & HIV World Congress.
Een infectie met Chlamydia trachomatis kan een ontsteking aan het kleine bekken (pelvic inflammatory disease; PID) of onvruchtbaarheid tot gevolg hebben. Eerder onderzoek heeft een verband aangetoond tussen de hoeveelheid antistoffen tegen chlamydia en deze complicaties.
Dit verband is nader onderzocht. De studie maakte gebruik van gegevens uit de 2013-2016 National Health and Nutrition Examination Survey. Bij vrouwen in de leeftijd van 18 tot 39 jaar die in die studie positief testten op een chlamydia-infectie, werd in een bloedmonster een meer precieze meting verricht van antistoffen tegen plasmid-encoded Pgp3. De antistoftiter werd ingedeeld in drie categorieën: hoog-positief, laag-positief en negatief. Deze titer werd gekoppeld aan het voorkomen van een actuele chlamydia-infectie, PID en infertiliteit.
In totaal zijn sera van 1725 vrouwen onderzocht. Bij 104 vrouwen is een hoog-positieve antistoftiter gevonden, bij 407 een laag-positieve titer en 914 testten negatief. De prevalentie van een actuele chlamydia-infectie was 10,7% bij vrouwen met een hoge seropositiviteit; onder seronegatieve vrouwen was de prevalentie 0,4%. Vrouwen met een hoog-positieve antistoftiter waren twee keer zo vaak onvruchtbaar dan seronegatieve vrouwen: 19,6 versus 9,9%. Onder vrouwen met een laag-positieve antistoftiter was de prevalentie van PID 7,9%, terwijl deze bij seronegatieve vrouwen 2,3% bedroeg. Vanwege een te klein aantal testuitslagen kon geen verband met de prevalentie van PID bij hoge seropositiviteit worden aangetoond. Volgens de onderzoekers kan bij onvruchtbare vrouwen de titer van Pgp3-antistoffen als marker dienen voor een doorgemaakte chlamydia-infectie.
Bron: