Revumenib-monotherapie toont veelbelovende resultaten in de behandeling van gerecidiveerde of refractaire KMT2Ar acute leukemie. In de fase II-studie, gepresenteerd als late breaking abstract, had 63% van de deelnemers een respons. Vanwege de hoge effectiviteit is de studie vroegtijdig stopgezet.
KMT2Ar acute leukemie verwijst naar acute leukemie waarbij er een genetische verandering (‘rearrangement’) optreedt in het KMT2A-gen, dat codeert voor het lysine methyltransferase 2A-eiwit. De KMT2Ar-genafwijking komt voor bij ongeveer 10% van de acute leukemieën en is moeilijk te behandelen, met hoge terugvalpercentages na chemotherapie en transplantatie.
Revumenib is een small molecule dat menine-KMT2A-interacties remt. Het heeft in fase I-onderzoek laten zien veilig en effectief te zijn bij patiënten met R/R KMT2Ar en nucleofosmin 1-gemuteerde (NPM1m) acute leukemie.
In de fase II-studie waarover op ASH wordt gerapporteerd, kregen 94 patiënten om de 12 uur revumenib met daarbij een sterke cytochroom P450 3A4-remmer oraal in cycli van 28 dagen. De behandeling werd voortgezet tot onaanvaardbare toxiciteit of het ontbreken van ten minste morfologische leukemievrije toestand (MLFS) na 4 behandelingscycli.
Het responspercentage was 63, waarbij 23% van de patiënten een complete respons bereikte. Van de respondenten die positief reageerden op de behandeling ging 39% door met een stamceltransplantatie, waarbij de helft na de transplantatie met een onderhoudsbehandeling met revumenib begon. Bijwerkingen waren over het algemeen beheersbaar, wat aangeeft dat revumenib een haalbare en effectieve therapie kan zijn voor deze lastig te behandelen vorm van leukemie.
Bron: