Roken, vooral meer dan 10 pakjaren, is in een longitudinale cohortstudie geassocieerd met een hoger risico op ziekenhuisopname en overlijden bij COVID-19. Aan de andere kant bleken rokers een verlaagde kans te hebben om besmet te raken. Hoe dan ook zijn bij mensen met roken in de geschiedenis extra maatregelen op hun plaats om COVID-19 te voorkomen.
Nog steeds is onduidelijk of er een verband is tussen roken en het risico op ernstige COVID-19. Amerikaanse onderzoekers hebben bij mensen met roken in de geschiedenis het relatieve risico onderzocht op COVID-19, ziekenhuisopname en overlijden in het multi-etnische ‘Collaborative Cohort of Cohorts for COVID-19 Research’ oftewel C4R. Dit is een overkoepelend cohort van Amerikaanse cohorten die de impact van COVID-19 op de algemene bevolking meten. In deze specifieke analyse zijn alleen data gebruikt uit de periode maart 2020 t/m september 2022.
Het gebruikte cohort bestond uit 24.771 deelnemers aan 11 cohorten. De gemiddelde leeftijd was 75 jaar, 58% was vrouw, 30% van Afro-Amerikaanse afkomst. In dit cohort raakten 2495 (10%) van de mensen besmet met COVID-19, van wie er 549 (22%) opgenomen werden in het ziekenhuis en 94 (4%) overleden. De kans op COVID-19 was lager bij mensen die ooit hadden gerookt (per definitie > 100 sigaretten), met een hazardratio (HR) van 0,97 (95%-BI 0,88-0,99). Ooit gerookt hebben bleek geassocieerd met een hoger risico op met COVID-19 samenhangende opname of overlijden (HR = 1,20; 95%-BI 1,01-1,43). Bij mensen die ooit gerookt hadden, nam het risico op ziekenhuisopname of overlijden toe, met per extra 5 pakjaren een HR van 1,05 (95%-BI 1,01-1,10). Dit effect was onafhankelijk van de vaccinatiestatus (p = 0,64) of de verstreken tijd na het stoppen met roken (p = 0,28).
Bron: