Bij mensen met hiv die goed worden behandeld, gaat de longfunctie sneller achteruit dan bij controlepersonen zonder hiv. Dit is te wijten aan de interactie tussen roken en hiv. Roken kan bij mensen met hiv dus schadelijker zijn dan bij mensen zonder hiv, waardoor de noodzaak tot stoppen met roken bij hiv (nog) evidenter is.
Chronische longziekte komt veel voor bij mensen met hiv. Thudium et al. gingen uit van de hypothese dat bij mensen met hiv die antiretrovirale combinatietherapie (cART) krijgen, de longfunctie sneller afneemt dan bij gematchte controlepersonen zonder hiv.
Dit is onderzocht in een prospectieve gematchte cohortstudie waarin uit twee studies mensen met hiv (n = 705 en n = 425) zijn geïncludeerd, en gematchte controlepersonen zonder hiv (n = 2895). De verdeling mannen was in beide groepen vergelijkbaar. De deelnemers met hiv waren echter gemiddeld jonger dan de deelnemers zonder hiv (46,6 jaar vs. 49,2 jaar) en minder vaak van Kaukasische afkomst (70,1% vs. 99,9%). Bij 93,7% van de deelnemers met hiv was sprake van virale suppressie. De gecorrigeerde jaarlijkse afname in geforceerd expiratoir volume in 1 seconde (FEV1) verliep in de hiv-groep sneller dan in de controlegroep (36,4; 95%-BI 33,7-39,1 vs. 27,9; 95%-BI 26,9-28,8). Het jaarlijkse verschil was 8,5 (95%-BI 5,6-11,4; p < 0,001). Deze uitkomst bleef ook bestaan in de subgroepanalyses van deelnemers die rookten, ooit gerookt hadden en nooit gerookt hadden.
Het effect van hiv op de afname in longfunctie werd gemodificeerd door roken (p-interactie = 0,001). Stoppen met roken bij hiv verdient dan ook zeker voldoende aandacht.
Bron:
Thudium RF, et al. Faster lung function decline in well-treated people living with HIV compared with uninfected controls: a longitudinal matched cohort study. EACS 2021, OS2/2.