Het toevoegen van tremelimumab aan durvalumab plus chemotherapie verbetert zowel de progressievrije overleving als de totale overleving van patiënten met gemetastaseerd NSCLC. Dit blijkt uit de resultaten van de POSEIDON-studie.
De fase III-POSEIDON-studie onderzocht de waarde van anti-CTLA4, in de vorm tremelimumab, als toevoeging aan anti-PD-L1-therapie-plus-chemotherapie als eerstelijnsbehandeling voor patiënten met gemetastaseerd plaveiselcel of niet-plaveiselcel-NSCLC. Anti-PD-L1 bestond uit durvalumab; de behandelend onderzoeker selecteerde de chemotherapie. Een derde groep patiënten kreeg chemotherapie als monotherapie. In totaal werden 1013 patiënten gerandomiseerd.
De mediane progressievrije overleving was 4,8 maanden met chemotherapie alleen ten opzichte van 6,2 maanden met tremelimumab-durvalumab-chemotherapie (HR 0,72). Ook de totale overleving was met 14,0 maanden beter in deze combinatiegroep dan in de groep die monotherapie kreeg (11,7 maanden; HR 0,77). Na 24 maanden waren nog respectievelijk 39 en 22,1% van de patiënten in leven. Behandeling met durvalumab-chemotherapie leidde ook tot een betere progressievrije overleving ten opzichte van monotherapie, maar dit verschil was niet statistisch significant.
Het toevoegen van tremelimumab leverde geen onvoorziene bijwerkingen op. Wel trad een lichte verhoging in het aantal ernstige bijwerkingen op (40,1 vs. 44,2%), maar in de groep die tremelimumab-durvalumab-chemotherapie kreeg, stopte een vergelijkbaar aantal patiënten met de behandeling wegens bijwerkingen (respectievelijk 15,5 vs. 14,1%).
De onderzoekers stellen dat de nieuwe combinatie een potentiële nieuwe eerstelijnsbehandeling vormt voor gemetastaseerd NSCLC.
Bron
Johnson ML, et al. Durvalumab + tremelimumab + chemotherapy as first-line treatment for mNSCLC: results from the phase 3 POSEIDON study. WCLC 2021, abstract PL02.01.