Trastuzumab-deruxtecan had een significant betere progressievrije overleving ten opzichte van chemotherapie naar keuze van de arts bij HER2-low gemetastaseerd mammacarcinoom. Bij patiënten met HER2-ultralow mammacarcinoom werden vergelijkbare resultaten gezien, melden onderzoekers van de DESTINY-BREAST06-studie.
De DESTINY-BREAST06-studie werd opgezet om het effect van trastuzumab-deruxtecan (T-DXd) te onderzoeken bij patiënten met HER2-low of HER2-ultralow, hormoonreceptorpositief, gemetastaseerd mammacarcinoom dat progressie vertoonde na antihormonale therapie, en die nog niet waren behandeld met chemotherapie. De studie is een van de eerste onderzoeken waarbij naar HER2-ultralow mammacarcinoom wordt gekeken, waarvan sprake van is bij een immunohistochemische kleuring van tussen de IHC 1+ en iets meer dan IHC 0. Deze groep beslaat ongeveer 25% van de patiënten met borstkanker.
De studie randomiseerde 436 patiënten naar T-DXd en 430 patiënten naar chemotherapie naar keuze van de behandelend arts. In deze laatste groep kreeg 60% capecitabine, 24% nab-paclitaxel en 16% paclitaxel. Verder had 82% van de deelnemers HER2-low-tumoren en 18% HER2-ultralow-tumoren.Â
Het primaire eindpunt was de progressievrije overleving (PFS) en deze was met 13,2 versus 8,1 maanden in het voordeel van T-DXd (HR 0,62). De totale overleving (OS) was nog niet matuur voor analyse, maar was in de HER2-low-groep na 12 maanden 87,6 versus 81,7% (HR 0,83) en in de HER2-low- en de HER2-ultralow-groep 87 versus 81,1% (HR 0,81). De analyse van enkel de patiënten met HER2-ultralow toonde vergelijkbare resultaten, met hazard ratio’s voor de PFS en OS van 0,78 en 0,75. De responspercentages waren respectievelijk 57,3 versus 31,2%.Â
De meest voorkomende bijwerking in de T-DXd-groep was misselijkheid (66 vs. 24%). Ook trad bij 11,3% van de patiënten in deze groep interstitiële longziekte op. 3 patiënten (0,7%) overleden als gevolg hiervan. In de chemotherapiegroep ontwikkelde 1 persoon interstitiële longziekte, maar deze was niet fataal.Â
De resultaten onderstrepen het belang van het identificeren van patiënten met HER2-ultralow-mammacarcinoom, stellen de onderzoekers.
Bron: