Een nieuwe analyse van de fase III ENVISION- en ATLAS-studies toont aan dat patiënten met laaggradig, intermediair-risico niet-spierinvasief blaascarcinoom (NMIBC) die een complete respons bereikten na intravesicale behandeling met UGN-102, veelal een duurzame respons hadden. Na 12 maanden was ongeveer 80% van de patiënten eventvrij.1
De fase III ENVISION-studie is een eenarmige studie waarin de werkzaamheid en veiligheid van UGN-102, een gel met mitomycine, wordt onderzocht bij patiënten met laaggradig, intermediair-risico NMIBC (n = 240). In de fase III ATLAS-studie werd UGN-102 (n = 142), met of zonder transurethrale resectie van de blaastumor (TURBT), vergeleken met alleen TURBT (n = 140) binnen dezelfde patiëntenpopulatie. Beide studies leverden positieve resultaten op, waarbij complete responsen na 3 maanden werden waargenomen bij respectievelijk 79,2% (ENVISION) en 64,8% (ATLAS, UGN-102-groep).
Tijdens ASCO GU presenteerden onderzoekers een poster met aanvullende gegevens over beide studies, waaronder de kans op het aanhouden van een complete respons. In de ENVISION-studie was de kans dat een complete respons na 3 maanden aanhield tot 12 maanden 82,3%. In de ATLAS-studie was dit 79,9% in de UGN-102-groep en 67,7% in de TURBT-groep. De mediane duur van de respons was in alle onderzoeksarmen nog niet bereikt vanwege het lage aantal recidieven. In de ENVISION-studie had 17,3% van de deelnemers een recidief; in de ATLAS-studie was dit 19,6% in de UGN-102-groep en 27% in de TURBT-groep.
De meest voorkomende bijwerking van UGN-102 in beide studies was dysurie, gerapporteerd bij 22,5% van de patiënten in ENVISION en 30,4% in ATLAS.
De resultaten suggereren dat UGN-102 een effectieve en goed verdragen behandelingsoptie is voor patiënten met laaggradig, intermediair-risico NMIBC.
Bron: