Patiënten met een hematologische maligniteit hebben bij een COVID-19-infectie meer kans op morbiditeit en mortaliteit dan de algemene bevolking, zo blijkt na analyse van gegevens uit de ASH Research Collaborative COVID-19 Registry. Toch is er geen reden om patiënten met een gunstige prognose een intensieve behandeling te onthouden.
Op 1 april 2020 ging het ASH Research Collaborative COVID-19 Registry for Hematology open. Het register verzamelt gegevens van patiënten van alle leeftijden met een (voorgeschiedenis van) hematologische aandoening en een door het laboratorium bevestigde of vermoedelijke SARS-CoV-2-infectie.
Op het moment van analyse waren gegevens van 250 patiënten met bloedkanker van 74 locaties over de hele wereld in het register opgenomen. De meest voorkomende maligniteiten waren acute leukemie (33%), non-hodgkinlymfoom (27%) en myeloom of amyloïdose (16%). Patiënten hadden meestal koorts (73%), hoest (67%), dyspneu (50%) en vermoeidheid (40%). Er werd veelvuldig gebruikgemaakt van op COVID-19 gerichte behandelingen, waaronder hydroxychloroquine (n = 76) of azitromycine (n = 59).
De totale mortaliteit was 28%. De kans op een matig/ernstig beloop van COVID-19 en op overlijden was groter bij patiënten bij wie de levensverwachting op het moment dat ze positief testten, werd geschat op minder dan 12 maanden. Dit gold ook voor patiënten met recidiverende/refractaire ziekte. In sommige gevallen vond het overlijden plaats nadat was besloten af te zien van opname op de IC vanwege een palliatieve aanpak.
Bron