Met een speciale, indirecte vergelijkingsmethode werden gegevens uit de FIDELIO-DKD- en CREDENCE-studies gecombineerd. Uit die vergelijking bleek dat er geen verschil was in de primaire cardiorenale uitkomst tussen finerenon en canagliflozine als dezelfde patiëntenpopulatie gebruikt zou zijn voor beide studies.
Voor zowel finerenon (FIN), een niet-steroïde, selectieve mineralocorticoïd-receptorantagonist, als canagliflozine (CAN), een SGLT2-remmer, is aangetoond dat ze cardiorenale uitkomsten kunnen verbeteren bij patiënten met chronische nierschade en type 2-diabetes in de placebogecontroleerde fase III-studies FIDELIO-DKD (FIN) en CREDENCE (CAN).
In deze nieuwe studie gebruikten de onderzoekers een ‘matching-adjusted indirect comparison’ (MAIC) methode, met placebo als gemeenschappelijke vergelijkingsgroep, om HR’s te berekenen waarbij rekening werd gehouden met verschillen tussen de twee studiepopulaties. Er werden individuele patiëntgegevens uit FIDELIO-DKD (n = 5674) gebruikt in combinatie met reeds gepubliceerde gegevens uit CREDENCE (n = 4401). Eerst werd, op basis van baselinekarakteristieken, aan elke patiënt in FIDELIO-DKD een gewicht toegekend, zodat de op die manier vastgestelde gewogen populatie van FIDELIO-DKD overeenkwam met die van CREDENCE. Deze aanpak resulteerde in een pseudopopulatie van 1288 patiënten.
De bestudeerde uitkomsten waren: (1) een samengesteld cardiorenaal eindpunt voor nierfalen (dialyse, niertransplantatie of blijvende daling in eGFR < 15 ml/min/1,73 m2), verdubbeling van de serum-creatininespiegel of overlijden aan een nier- of cardiovasculaire oorzaak, en (2) hyperkaliëmie.
De HR voor het gecombineerde eindpunt, berekend op basis van de gewogen populatie van FIDELIO-DKD, was 0,72 (95%-BI 0,59-0,90) voor FIN ten opzichte van placebo. Daarna werden HR’s voor FIN versus CAN berekend uit de resultaten van de vorige stap plus gepubliceerde resultaten uit CREDENCE. De resulterende HR was 1,03 (95%-BI 0,79-1,35; p = 0,802), hetgeen aantoont dat er geen verschil was in effectiviteit tussen FIN en CAN voor dit eindpunt. Voor hyperkaliëmie was de MAIC-HR 2,25 (95%-BI 1,67-3,03; p < 0,001). Dit impliceert dat FIN tot een hoger risico op hyperkaliëmie leidt dan CAN.
Bron:
Cherney D, et al. Finerenone and canagliflozine in the treatment of chronic kidney disease and type 2 diabetes: matching-adjusted indirect treatment comparison of FIDELIO-DKD and CREDENCE. 59th ERA Congress 2022, abstract FC 083.