In deze video bespreekt Laura Coates de bevindingen van de fase IIIb-studie COSMOS naar de effectiviteit van anti-IL-23-antilichaam guselkumab versus placebo bij patiënten met arthritis psoriatica (PsA) die onvoldoende reageren op TNF-remmers.
Tijdens het EULAR 2021 Virtual Congress zei Laura Coates (Universiteit van Oxford, VK) dat twee eerdere fase III-onderzoeken – DISCOVER-1 en DISCOVER-2 – een significant betere gewrichts- en huidrespons lieten zien in week 24 bij PsA-patiënten die werden behandeld met guselkumab ten opzichte van placebo. Ze merkte ook op dat guselkumab consistente effectiviteit vertoonde in een subgroep die eerder was behandeld met TNF-remmers in DISCOVER-1, een populatie met ‘significant unmet needs’.
De COSMOS-studie richtte zich dan ook op dergelijke patiënten en includeerde 285 personen met actieve PsA en onvoldoende respons op of intolerantie voor 1 of 2 TNF-remmers. Deelnemers werden gerandomiseerd naar subcutaan guselkumab 100 mg elke 8 weken (na een 100 mg oplaaddosis in week 0 en 4) of placebo.
Laura Coates bespreekt de bevindingen van de COSMOS-studie (6:03)
Volgens Coates was er op baseline aanzienlijke ziekteactiviteit op verschillende domeinen in zowel de guselkumab- als de placebogroep. De meerderheid (88-89%) van de deelnemers had één TNF-remmer gekregen en deze behandeling werd voornamelijk stopgezet vanwege een ontoereikende respons (82-84%).
In week 24 waren de ACR20-responspercentages significant hoger bij patiënten die werden behandeld met guselkumab versus placebo, namelijk 44,4% versus 19,8%. Coates merkte op dat dit voordeel ook werd gezien wanneer deelnemers werden ingedeeld in subgroepen op basis van patiënt- en ziektekenmerken op baseline.
Met placebo behandelde deelnemers schakelden in week 24 over op guselkumab en de ACR20-responspercentages in week 48 waren vergelijkbaar tussen patiënten die gedurende de gehele studieperiode met guselkumab werden behandeld en degenen die overstapten van placebo, respectievelijk 57,7% en 54,9%.
Guselkumab verbeterde ook significant een reeks secundaire eindpunten ten opzichte van placebo in week 24 – waaronder HAQ-DI, ACR50-responspercentages en het verdwijnen van enthesitis en dactylitis – met verdere verbeteringen waargenomen na 48 weken.
Volgens Coates suggereren de resultaten van de COSMOS-studie gedurende 1 jaar een duurzame en brede impact van behandeling gericht op de p19-subunit van IL-23 bij patiënten met actieve PsA die eerder onvoldoende reageerden op 1 of 2 TNF-remmers. Ze voegde eraan toe dat guselkumab goed werd verdragen en een gunstig benefit:risk-profiel vertoonde, wat consistent was met het eerder vastgestelde veiligheidsprofiel in studies naar guselkumab bij psoriasis en PsA. Er waren tijdens COSMOS geen meldingen van opportunistische infecties, actieve tuberculose, anafylactische of serumziekte-achtige reacties, bevestigde inflammatoire darmziekte of overlijden.
Provided by Medicine Matters rheumatology; ©2021 Springer Healthcare Ltd, part of the Springer Nature Group.
Bron: