Drie HIVACAT T-cell Immunogen (HTI)-vaccins zijn in de AELIX-002-trial veilig gebleken en hadden een sterk immunogeen effect bij hiv-patiënten die vroegtijdig begonnen waren met ART en deze behandeling daarna langdurig staakten. De bemoedigende resultaten steunen HTI-vaccins als backbone van hiv-combinatietherapie die is gericht op genezing, zoals de TLR7-agonist vesatolimod.
In de gerandomiseerde AELIX-002-trial zijn de veiligheid, de immunogeniciteit en het antivirale effect van drie HTI-vaccins getest: DNA.HTI (D), MVA.HTI (M) en ChAdOx1.HTI (C). Dat gebeurde bij 45 vroegtijdig behandelde hiv-patiënten die de ART hadden gestaakt. De deelnemers werden 2:1 gerandomiseerd naar heterologe prime-boost vaccinaties die bestonden uit DDDMM gevolgd door CCM, of placebo. De deelnemers konden een 24 weken durende ‘analytische behandelstop’ (ATI) instellen. In deze periode werd de virale load in plasma (pVL) wekelijks gemonitord; er werd weer begonnen met ART als de pVL >100.000 kopieën/ml bereikte, of 8 weken lang > 10.000 kopieën/ml, en/of CD4 < 350.
Van de 45 deelnemers vielen er 4 in de experimentele groep af, de overige 41 gingen de geplande behandelstop in.
De vaccins werden goed verdragen en waren bij 97% immunogeen. De mediane toename in frequenties van HTI-specifieke T-cellen bedroeg 1499 (range: 120–3150) ‘spot-forming cells’ (SFC) per miljoen mononucleaire cellen in perifeer bloed (PBMC). Aan het begin van de ATI was 71% van de anti-HIV-1 T-celrespons HTI-specifiek. Van de 32 deelnemers zonder voordelige HLA-klasse I-allelen, konden 9 (inclusief 1 uit de placebogroep) het 22 weken zonder ART stellen (∆ 32%). Er waren 6 deelnemers (onder wie opnieuw 1 uit de placebogroep) die een pVL < 2000 kopieën/ml bereikten. De duur van de periode waarin geen ART werd gebruikt, correleerde positief met de HTI-specifieke respons (Rho 0,65; p < 0,01).
Bron