In 2018 lag het aantal gebruikers van vitamine K-antagonisten (VKA’s) nog boven het aantal gebruikers van directwerkende orale anticoagulantia (DOAC’s). In 2023 gebruikte minder dan een kwart van de patiënten die een oraal antistollingsmiddel innamen een VKA. Dat meldt Stichting Farmaceutische Kengetallen.
Tot in 2018 waren VKA’s nog de meest toegepaste orale antistollingsmiddelen, maar sinds de introductie van de DOAC’s nam het aantal VKA-gebruikers geleidelijk af. Tegelijk bleef het aantal DOAC-gebruikers stijgen.
Het totale aantal gebruikers van antistollingsmiddelen is tussen 2018 en 2023 gestegen van 577.000 naar 729.000 (+26%). Waar er in 2018 nog meer VKA-gebruikers dan DOAC-gebruikers waren – respectievelijk 314.000 en 279.000 – verstrekten Nederlandse openbare apotheken in 2023 aan 163.000 patiënten een VKA (-48%) en aan 578.000 een DOAC (+107%).
In 2020 telde de VKA acenocoumarol van alle orale antistollingsmiddelen nog het meeste aantal gebruikers, maar dit middel werd in 2021 ingehaald door de DOAC’s rivaroxaban en apixaban.
De geneesmiddelenkosten van de DOAC’s zijn gestegen van 289 miljoen euro in 2022 naar 319 miljoen euro in 2023 (+11%). Voor de DOAC’s geldt dat de overheid een financieel arrangement met de fabrikanten heeft afgesloten, waardoor de werkelijke uitgaven lager uitvallen dan hier vermeld.
Bron: