Het uitbehandelen van een mogelijke infectie met een antibioticumdrank is bij pasgeborenen even effectief als 7 dagen infuusbehandeling. Grote winst is dat orale uitbehandeling de opnameduur halveert. Dat is gebleken in de Nederlandse RAIN-studie. Er is veel belangstelling voor de resultaten, vertellen kinderarts dr. Gerdien Tramper-Stranders (Franciscus Gasthuis & Vlietland, Rotterdam) en arts-onderzoeker neonatologie Fleur Keij (Erasmus MC-Sophia Kinderziekenhuis).
In Nederland wordt naar schatting 3 tot 5% van alle pasgeborenen behandeld met antibiotica vanwege een vermoedelijke bacteriële infectie. Dat gebeurt standaard met een 7-daagse infuusbehandeling. “Bij oudere kinderen en volwassenen worden orale middelen gebruikt, maar bij pasgeborenen niet”, vertelt Tramper. “Terwijl niemand precies weet waarom dat niet gebeurt.”
Sneller thuis
De onderzoekers deden een literatuuronderzoek over antibioticagebruik bij pasgeborenen. Het bleek dat in westerse landen nog weinig studies zijn gedaan over dit onderwerp. Het is ethisch ook lastig om zo’n studie te doen, vervolgt Tramper. “Want een nieuwe behandeling bij pasgeborenen vraagt een goede ethische beoordeling. Maar de eventuele winst voor de baby’s en hun ouders is in dit geval groot. Daarom zijn we met subsidie van ZonMw in 2017 van start gegaan met de studie. De hoofdvraag was of we pasgeborenen met een mogelijke infectie met orale antibiotica kunnen uitbehandelen.”
Het grote pluspunt van orale behandeling is dat de baby eerder naar huis kan, waar de ouders zelf de orale antibiotica toedienen. De ouders willen deze eerste levensfase van hun kind uiteraard het liefst thuis beleven. Het gezin komt sneller in een normale thuissituatie en is minder afhankelijk van de zorg. “Bovendien is orale medicatie veel patiëntvriendelijker. Een infuus blijft niet altijd zitten dus die moet je soms vaker prikken. Dat is pijnlijk, en er is altijd risico op ontsteking of infectie van het infuus zelf.”