Belangrijke rol verwachtingseffect bij klachten van niet-coeliakie glutensensitiviteit

Delen via:

Een deel van de algemene bevolking ervaart klachten na het innemen van tarweproducten, zonder dat er sprake is van coeliakie of tarwe-allergie. Vaak worden gluten als oorzaak gezien voor deze klachten, ook wel niet-coeliakie glutensensitiviteit (NCGS) genoemd. “Op dit moment hebben we echter geen duidelijke aanwijzingen dat specifieke biologische factoren bij NCGS tot klachten leiden”, zegt prof. D.M.A.E. (Daisy) Jonkers, hoogleraar Darmgezondheid in het Maastricht UMC+. Daarom is onderzocht of psychologische factoren hier mogelijk een rol bij spelen. Met als centrale vraag: kan de verwachting klachten te krijgen na het eten van gluten bijdragen aan het ervaren van klachten van NCGS? En dit blijkt het geval, aldus Jonkers.

In de Westerse wereld is tarwe een basisvoedingsmiddel, vertelt Jonkers over de aanleiding van het onderzoek. “En met name de volkorenproducten associëren we met positieve effecten op de gezondheid waaronder minder hoge risico’s op obesitas, type 2-diabetes, hart- en vaatziekten, kanker en overlijden in het algemeen.”1 Maar tarweproducten kunnen ook negatieve effecten hebben zoals coeliakie of tarwe-allergie. Daarnaast vermijdt een deel van de mensen met gastro-intestinale klachten het innemen van tarweproducten, omdat zij het gevoel hebben dat gluten de oorzaak zijn van deze klachten. NCGS is vaak een zelf-gerapporteerde diagnose. “Maar het vermijden van tarweproducten kan ertoe leiden dat de voeding van deze mensen in het algemeen van onvoldoende kwaliteit is”, zegt Jonkers. “We willen daarom graag begrijpen waar deze klachten vandaan komen om deze mensen van goed voedingsadvies te kunnen voorzien.”

Psychologische factoren

Tot op heden is er weinig bewijs voor de rol van gluten bij klachten van NCGS. Een invloed van psychologische factoren is hierbij ook niet uitgesloten. Zo toonde een dubbelblinde, placebogecontroleerde studie dat mensen met NCGS een toename van gastro-intestinale klachten en buikpijn hadden, ongeacht of zij een interventie ontvingen met veel gluten, met weinig gluten of met placebo.2 Jonkers: “Alle deelnemers ontvingen deze 3 interventies, in een willekeurige volgorde. Naast dat de onderzoekers eigenlijk geen verschil in klachten zagen tussen de interventies, zagen ze ook dat de meeste klachten optraden bij de eerste interventie die de deelnemers ontvingen, ongeacht of dit placebo betrof of een van de interventies met gluten. Deze bevindingen triggerden ons: het leek wel of de verwachting dat mensen gluten zouden eten, bijdroeg aan het ontstaan van klachten.” In een gerandomiseerde, dubbelblinde, placebogecontroleerde studie (uitgevoerd aan de Universiteit van Leeds, de Universiteit van Maastricht en Wageningen University & Research) is de rol van dit verwachtingseffect vervolgens uitgezocht.1

Op verkeerde been gezet

In deze studie zijn mensen met zelf-gerapporteerde NCGS geïncludeerd die aangaven binnen 8 uur na het eten van gluten gastro-intestinale klachten (als buikpijn, diarree, winderigheid) te ontwikkelen. Maar er is ook gekeken naar extra-intestinale klachten als vermoeidheid, concentratieproblemen en hoofdpijn. Mensen met coeliakie waren expliciet uitgesloten van deelname; dit werd eerst getest als dat nog niet gebeurd was. Jonkers: “We vertelden de deelnemers dat we na wilden gaan wat het effect was van brood met of brood zonder gluten op hun klachten. Op de testdag zelf lieten we iedere deelnemer weten of het zij het glutenbevattende of glutenvrije brood zouden krijgen. Maar wat zij niet wisten was dat er nog een extra randomisatie plaatsvond. In de groep die verwachtte glutenbevattend brood te krijgen, ontving de ene helft daadwerkelijk brood met gluten en de andere helft glutenvrij brood. Ditzelfde werd gedaan met de groep de verwachtte geen glutenbevattend brood te krijgen.” De studiepopulatie bestond dus uiteindelijk uit 4 groepen: mensen die verwachtten gluten te krijgen en die ook kregen, mensen die verwachtten gluten te krijgen maar die niet kregen, mensen die verwachtten geen gluten te krijgen maar die wel kregen en mensen die verwachtten geen gluten te krijgen en die ook niet kregen. Jonkers: “We zetten de deelnemers hiermee een beetje op het verkeerde been, maar op deze manier konden we de rol van het verwachtingseffect bij het ontstaan van klachten goed onderzoeken.” Hiervoor is vooraf toestemming gevraagd bij de medisch ethische commissie.

Significant meer klachten

De resultaten lieten zien dat de groep die verwachtte gluten te krijgen en die ook daadwerkelijk kreeg de meeste klachten rapporteerde en ook significant meer klachten had dan de groep die niet verwachtte gluten te krijgen. Jonkers: “Dit was ongeacht het feit of ze daadwerkelijk gluten aten of niet. En interessant genoeg zagen we nauwelijks klachten ontstaan in de groep die niet verwachtte gluten te krijgen, ook bij de mensen die wel gluten aten. Op basis daarvan concludeerden we dat de verwachting gluten te krijgen een belangrijke rol speelt bij het daadwerkelijk krijgen van klachten. Maar omdat we het grootste effect zagen bij de groep die zowel een positieve verwachting had en ook gluten kreeg, kunnen we niet uitsluiten dat er ook nog een daadwerkelijk effect van gluten is op de klachten.”

Geen aanstellerij

Het is allemaal best complex, vindt ook Jonkers. “Wat we hieruit wel op kunnen maken is dat er een belangrijke interactie is tussen de hersenen en de darmen en dat deze ook een rol kan spelen bij NCGS. Veel mensen herkennen dat ook wel: zij krijgen bijvoorbeeld buikpijn als ze ergens gespannen voor zijn.” Een belangrijk punt dat Jonkers benadrukt is dat mensen met NCGS zich niet aanstellen, maar dat zij echte klachten ervaren. “Het is dan ook belangrijk deze klachten serieus te nemen.” Haar advies is goed aan mensen met NCGS uit te leggen dat zorgen voor klachten kunnen bijdragen aan het ervaren van klachten, en vervolgens te proberen die zorgen weg te nemen. “Ook kan het helpen patiënten te adviseren verschillende broodsoorten te proberen, als zij daartoe bereid zijn. We hebben in een andere studie namelijk gezien dat men een andere broodsoort vaak wel kan verdragen. En als mensen dit niet willen, adviseer ze eventueel om naar een diëtist te gaan om toch te borgen dat zij een gezonde voedselinname hebben ondanks het vermijden van de gluten.” 

Maar de studie liet ook zien dat er grote verschillen bestaan tussen mensen onderling en hun klachten. Jonkers: “Voor de een zal het verwachtingseffect wat meer op de voorgrond staan bij het ontstaan van klachten en voor de ander toch de gluten of mogelijk andere bestanddelen van granen. Helaas kunnen we dan ook geen algemeen advies geven. Ik verwacht ook niet dat er één generiek mechanisme aan de klachten ten grondslag ligt. Kortom: er is nog genoeg te onderzoeken.”

Referenties:

  1. De Graaf MCG, Lawton C, Croden F, et al. The effect of expectancy versus actual gluten intake on gastrointestinal and extra-intestinal symptoms in non-coeliac gluten sensitivity: a randomised, double-blind, placebo-controlled, international, multicentre study. Lancet Gastroenterol Hepatol. 2024;9:110-23.
  2. Biesiekierski JR, Peters SL, Newnham ED, Rosella O, Muir JG, Gibson PR. No effects of gluten in patients with self-reported non-celiac gluten sensitivity after dietary reduction of fermentable, poorly absorbed, short-chain carbohydrates. Gastroenterology. 2013;145:320-8.

Well on wheat

De studie naar het verwachtingseffect bij niet-coeliakie glutensensitiviteit is uitgevoerd in het kader van het internationale ‘Well on wheat’-project. In project worden meerdere studies gedaan naar de gezondheidsaspecten van tarweconsumptie en het vermijden van tarwe en gluten. Zo wordt de biochemische samenstelling van verschillende tarwesoorten geanalyseerd, waarna onderzocht kan worden of en welke tarwebestanddelen klachten geven. 

Ook zijn in het kader van dit project broden van verschillende graansoorten (tarwe, spelt en emmer) biochemisch geanalyseerd en is daarbij gekeken naar het effect van bodemsoorten en klimaat op de granen. Jonkers: “Hierbij zagen we dat de biochemische verschillen tussen de broden van eenzelfde graansoort bij een andere bodemsoort of ander klimaat groter waren dan de verschillen tussen de 3 graansoorten. Dit betekent dat mensen die het ene jaar een graansoort goed verdragen daar het volgende jaar wellicht toch last van kunnen krijgen omdat het wellicht een droger of natter jaar is geweest dan voorheen. Het kan dus de moeite lonen een brood van dezelfde tarwesoort bij bijvoorbeeld een andere bakker te proberen, gewoon omdat er zoveel variatie in zit.”

Meer informatie: https://www.wellonwheat.org/index.php

Veel minder darmkanker dankzij bevolkingsonderzoek

jan 2017 | Endoscopie

Lees meer over Veel minder darmkanker dankzij bevolkingsonderzoek

Vaak psychische stress na levertransplantatie

jan 2017

Lees meer over Vaak psychische stress na levertransplantatie

Hersenbloedingen in nieuw perspectief:
het belang van TIME=BRAIN en het couperen van antistolling

2 dec 2024 om 20:00 | Neuro-vasculair

Lees meer over Hersenbloedingen in nieuw perspectief:
het belang van TIME=BRAIN en het couperen van antistolling

Opioïden in de 2e lijn: Sleutels tot effectieve bestrijding van maligne pijn

10 sep 2024 om 20:00

Lees meer over Opioïden in de 2e lijn: Sleutels tot effectieve bestrijding van maligne pijn

Niertoxiciteit na orgaantransplantatie – Belicht vanuit diverse disciplines

11 jun 2024 om 20:00 | Acuut nierfalen, Chronische nierschade, Niertransplantatie

Lees meer over Niertoxiciteit na orgaantransplantatie – Belicht vanuit diverse disciplines

Nationaal Hepatitis Delta webinar

28 mei 2024 | Hepatitis, Hepatologie, Virale infecties

Lees meer over Nationaal Hepatitis Delta webinar

Mastering Chronic Pancreatitis Pain: A Multidisciplinary Approach and Practical Solutions

6 feb 2024 om 20:00

Lees meer over Mastering Chronic Pancreatitis Pain: A Multidisciplinary Approach and Practical Solutions

Minder besproken symptomen bij colitis ulcerosa: hoe pakken we ze aan?

1 sep 2023 | IBD

Lees meer over Minder besproken symptomen bij colitis ulcerosa: hoe pakken we ze aan?

CMV-infecties bij post-transplantatiepatiënten; een behandellandschap in ontwikkeling

6 jun 2023 | Stamceltransplantatie, Virale infecties

Lees meer over CMV-infecties bij post-transplantatiepatiënten; een behandellandschap in ontwikkeling

Nieuwe behandeloptie voor Eosinofiele Oesofagitis (EoE)

16 mei 2023 om 20:00 | Oesofagitis

Lees meer over Nieuwe behandeloptie voor Eosinofiele Oesofagitis (EoE)

Antistolling en bloedingen

8 dec 2022 om 20:00

Lees meer over Antistolling en bloedingen

e-learning Acute pancreatitis

Pancreatitis

Lees meer over e-learning Acute pancreatitis

e-learning: Verbeterde zorg voor slokdarm- en maagkanker

Chirurgie

Lees meer over e-learning: Verbeterde zorg voor slokdarm- en maagkanker

Exocriene pancreasinsufficiëntie

Pancreatitis

Lees meer over Exocriene pancreasinsufficiëntie

ECCO in ORANJE 2025

donderdag 20 feb 2025 van 18:00 tot 21:45 | IBD

Lees meer over ECCO in ORANJE 2025

Computerondersteunde diagnose poliepen minder specifiek in proximale colon

okt 2024 | Endoscopie, Maag-darm-leveroncologie

Lees meer over Computerondersteunde diagnose poliepen minder specifiek in proximale colon

Ultrabewerkt voedsel geeft vaker terugval bij ziekte van Crohn

okt 2024 | IBD

Lees meer over Ultrabewerkt voedsel geeft vaker terugval bij ziekte van Crohn

Fecestransplantatie evenaart antibiotica bij acute 'C. difficile'-infectie

okt 2024 | Bacteriële infecties, Transplantatie

Lees meer over Fecestransplantatie evenaart antibiotica bij acute 'C. difficile'-infectie

L-carnitine verbetert conditie lever bij NAFLD

okt 2024 | Hepatologie

Lees meer over L-carnitine verbetert conditie lever bij NAFLD

Vedolizumab effectiever in vroege fase ziekte van Crohn

okt 2024 | IBD

Lees meer over Vedolizumab effectiever in vroege fase ziekte van Crohn

Cendakimab effectief bij patiënten met eosinofiele oesofagitis

okt 2024 | Oesofagitis

Lees meer over Cendakimab effectief bij patiënten met eosinofiele oesofagitis

Poeptransplantatie verbetert effect immuuntherapie bij nierkanker

okt 2024 | Immuuntherapie, Uro-oncologie

Lees meer over Poeptransplantatie verbetert effect immuuntherapie bij nierkanker

Filgotinib is effectief in de klinische praktijk

okt 2024 | IBD

Lees meer over Filgotinib is effectief in de klinische praktijk

Dieet krijgt ziekte van Crohn bij kinderen in remissie

okt 2024 | IBD

Lees meer over Dieet krijgt ziekte van Crohn bij kinderen in remissie

Multidisciplinaire podcastserie: CMV-infectie;
Diagnostiek en management na transplantatie

jun 2024 | Niertransplantatie, Stamceltransplantatie, Virale infecties

Lees meer over Multidisciplinaire podcastserie: CMV-infectie;
Diagnostiek en management na transplantatie

Podcast Exocriene pancreasinsufficiëntie

nov 2023 | Pancreatitis

Lees meer over Podcast Exocriene pancreasinsufficiëntie

Podcast - Optimalisatie van biologicals bij patiënten met inflammatoire darmziekten

sep 2023 | IBD

Lees meer over Podcast - Optimalisatie van biologicals bij patiënten met inflammatoire darmziekten

Podcast Acute pancreatitis

apr 2023 | Pancreatitis

Lees meer over Podcast Acute pancreatitis

Podcast pancreascarcinoom

dec 2022 | Maag-darm-leveroncologie

Lees meer over Podcast pancreascarcinoom

Podcast - Periampullaire tumoren: maak onderscheid

nov 2021

Lees meer over Podcast - Periampullaire tumoren: maak onderscheid

Slokdarm- en maagkanker

jun 2021 | Chirurgie, Maag-darm-leveroncologie

Lees meer over Slokdarm- en maagkanker

Impact van COVID-19 op bevolkingsonderzoek darmkanker in Nederland

feb 2021 | Maag-darm-leveroncologie

Lees meer over Impact van COVID-19 op bevolkingsonderzoek darmkanker in Nederland

Diagnose en behandeling van inflammatoire darmziekten (IBD)

dec 2020 | IBD

Lees meer over Diagnose en behandeling van inflammatoire darmziekten (IBD)

MedNet Gastro-enterologie 2024-03

sep 2024

Lees meer over MedNet Gastro-enterologie 2024-03

MedNet Gastro-enterologie special IBD 2024

jul 2024

Lees meer over MedNet Gastro-enterologie special IBD 2024

MedNet Gastro-enterologie 2024-02

jun 2024

Lees meer over MedNet Gastro-enterologie 2024-02

MedNet Gastro-enterologie 2024-01

mrt 2024

Lees meer over MedNet Gastro-enterologie 2024-01

MedNet Gastro-enterologie 2023-04

dec 2023

Lees meer over MedNet Gastro-enterologie 2023-04

MedNet Gastro-enterologie 2023-03

sep 2023

Lees meer over MedNet Gastro-enterologie 2023-03

MedNet Oncologie special Colectoraal carcinoom 2023

sep 2023

Lees meer over MedNet Oncologie special Colectoraal carcinoom 2023

MedNet Gastro-enterologie 2023-02

jul 2023

Lees meer over MedNet Gastro-enterologie 2023-02

MedNet Gastro-enterologie 2023-01

mrt 2023

Lees meer over MedNet Gastro-enterologie 2023-01