Hoewel de meerderheid van de patiënten met achalasie het goed doet op de lange termijn, hebben velen daarvoor wel verschillende endoscopische en/of chirurgische ingrepen nodig, met name patiënten die initieel werden behandeld met pneumodilatatie. Dat schrijven onderzoekers van de Mayo Clinic (Rochester, VS) in Alimentary Pharmacology and Therapeutics.
Bij de meeste studies naar de effectiviteit van pneumodilatatie en myotomie bij patiënten met achalasie was de follow-up beperkt tot < 5 jaar. Tarek Sawas et al. onderzochten dan ook, in een retrospectieve cohortstudie, de langetermijneffectiviteit (> 10 jaar follow-up) van deze behandelingen (myotomie of pneumodilatatie uitgevoerd voor 2005). Ze vergeleken het terugkeren van de symptomen waarvoor herhaalde dilatatie of chirurgie nodig was, tussen patiënten die pneumodilatatie dan wel myotomie ondergingen. In totaal werden 150 patiënten (112 myotomie en 38 pneumodilatatie) met vergelijkbare kenmerken bestudeerd. De gemiddelde follow-upduur na initiële behandeling was 17,5 ± 7,2 jaar (10-40 jaar).
Symptoomcontrole
Bij 60,7% (100% van de pneumodilatatiepatiënten vs. 47,3% van de myotomiepatiënten) kwamen de symptomen terug (hazard ratio 0,24 toont een lagere behoefte aan herhaalde dilatatie of chirurgie met myotomie dan met pneumodilatatie; p = 0,008). Alle pneumodilatatiepatiënten ondergingen myotomie na 4 ± 4 jaar (0-16 jaar). Bij 40 van 53 myotomiepatiënten bij wie de symptomen terugkeerden was verdere behandeling nodig: bij 16 patiënten pneumodilatatie, bij 11 myotomie en bij 13 beide. De gemiddelde tijd tot een volgende ingreep was 6,9 jaar (0-40). In de myotomiegroep waren minder dilataties en/of operaties nodig dan in de pneumodilatatiegroep (1,6 vs. 3,6; p < 0,001). 13 patiënten (10,1%) hadden progressie naar eindstadium achalasie (5 in de myotomiegroep en 8 in de pneumodilatatiegroep) over een periode van 40 jaar. Bij de laatste follow-up hadden 57 van 62 (92%) patiënten geen of milde dysfagie, 53 van 62 (85%) patiënten hadden minder dan eenmaal per week regurgitatie en 37 patiënten (60,7%) hadden minder dan eenmaal per week last van maagzuur. Dit was vergelijkbaar voor patiënten die werden behandeld met pneumodilatatie en myotomie (p = 0,27).
Bronnen:
- Aliment Pharmacol Ther. 2017;45:553-60