Neuroloog prof. dr. Bas Bloem (Radboudumc) ontving in juni een Stevinpremie van 2,5 miljoen euro. Daarmee wil hij onder meer gaan onderzoeken of beweeginterventies het ontstaan van Parkinson kunnen vertragen of zelfs voorkomen bij een hoogrisicogroep. Wat weten we eigenlijk over beweging en (hersen)ziekten? Een gesprek met Bloem en met neuroloog/bewegingswetenschapper dr. Nico Weerkamp, die zich focust op aerobic fitness in relatie tot neurologische aandoeningen.
“De WHO bracht vorig jaar nieuwe beweegrichtlijnen uit. Als je de wereldbevolking langs die meetlat legt, dan blijkt fysieke inactiviteit de hoofdschuldige te zijn bij het ontstaan van chronische ziekten”, begint dr. Nico Weerkamp (Excellent Klinieken Zuid-Holland en www.bewegeneenhoofdzaak). “Wereldwijd doet gebrek aan beweging dus meer dan bijvoorbeeld roken of hoge bloeddruk! Ook kanker komt veel vaker voor bij mensen met weinig aerobic fitness, met name borst- en darmkanker.” De neuroloog promoveerde in 2017 bij neuroloog prof. dr. Bas Bloem (Radboudumc). “Vanuit mijn achtergrond als bewegingswetenschapper was ik altijd al geïnteresseerd in preventie”, verklaart Weerkamp. “Mijn focus ligt op aerobic fitness in relatie tot neurologische aandoeningen, met name Parkinson.” Weerkamp heeft een eigen kennis- en nascholingsbedrijf, Bewegen een Hoofdzaak. “Daarmee richt ik me overigens niet alleen op hersenziekten maar ook op bijvoorbeeld hart- en vaatziekten, hoge bloeddruk en diabetes.”
Gamification
Aerobe training wil zeggen dat je zuurstof verbruikt. “Dit gebeurt bij alle inspanningen die langer dan een minuut duren – dus bijvoorbeeld al wanneer je tien trappen oploopt of 1.000 meter schaatst”, licht Weerkamp toe. “Zodra je wat gaat zweten en hijgen en je hart sneller laat kloppen, werk je aan je aerobic fitness.” En dat blijkt dus óók gunstig voor Parkinson. In 2019 publiceerde Bloem al in Lancet Neurology over zijn Park-in-Shape-studie, waarvoor 130 mensen met Parkinson een hometrainer thuis kregen. “Daarop moesten ze gedurende een half jaar drie keer per week ongeveer 30 tot 45 minuten gaan fietsen, op 80% van de maximale hartslag”, vertelt Bloem. “De controlegroep deed alleen rek- en strekoefeningen. De hele interventie was gegamificeerd om de sporttrouw te verhogen. We motiveerden mensen ten eerste om te starten, hun partner zei dan bijvoorbeeld: “Ik zal het dak voor je repareren als jij nu gaat fietsen.” Ten tweede was er motivatie tijdens het sporten: mensen speelden bijvoorbeeld PacMan en hoe harder ze fietsten, hoe meer monstertjes ze konden opeten. Na het sporten, als de patiënt op de bank zat uit te puffen, volgde ten slotte de beloning: hun partner had het dak gerepareerd en ging nu het gras maaien. Verder hadden mensen online volgers die applaus konden geven. De partner en andere naasten werden dus meegenomen in het proces.”
Deze hele aanpak was identiek voor de controlegroep die rek- en strekoefeningen deed. “Patiënten konden achteraf dan ook niet vertellen of ze in de controlegroep zaten of niet: iedereen had het gevoel dat hij de ‘real deal’ kreeg”, voegt Bloem toe. “De therapietrouw was in beide groepen dan ook voortreffelijk. En wat we zagen na een half jaar: de mensen in de controlegroep gingen achteruit qua parkinsonsymptomen, terwijl de interventiegroep klinisch stabiliseerde.”
Minder hersenkrimp
De vervolgstudie, dit jaar gepubliceerd in Annals of Neurology, zoomt verder in op 25 patiënten uit beide groepen. “In de controlegroep bleek het brein gedurende de zes maanden een beetje te krimpen, zoals beschreven in de literatuur, terwijl die krimp in de sportgroep was stilgezet. Dat is heel bemoedigend. Verder zagen we dat er in de sportgroep nieuwe functionele verbindingen ontstonden tussen de zieke basale kernen en de nog gezonde hersenschors, terwijl dat niet gebeurde bij de rek- en strekgroep. En ten slotte bleek de sportgroep ook nog eens te verbeteren op een cognitieve taak. Ik deel deze belangrijke inzichten regelmatig met mijn patiënten: heb je even geen zin om te sporten? Denk dan aan die nieuwe uitlopertjes die in je hersenen gaan groeien. Dat kan mensen een intrinsieke motivatie geven die bestendiger is dan motivatie door gamificatie. Mensen gaan het lekkere gevoel tijdens of na het sporten trouwens ook waarderen: veel deelnemers wilden de hometrainer eigenlijk niet teruggeven na de studie.”
“De studies van Bas sluiten heel goed aan op onderzoek van de Nederlandse neuropsycholoog prof. dr. Erik Scherder (VU) en de Amerikaanse neuropsycholoog prof. dr. Arthur Kramer”, merkt Weerkamp op. “Kramer liet eerder zien dat 70-jarigen die een nordic walking-programma volgden, daar een meetbaar grotere hippocampus van kregen. Dat toont aan dat zelfs op die leeftijd de hersenen nog kunnen groeien en verbeteren door beweging.”
Smartphones inzetten
Op dit moment loopt een nieuwe vervolgstudie: StepWise. Er zijn al ruim 100 parkinsonpatiënten geïncludeerd. “Het gebruik van hometrainers is moeilijk schaalbaar, zeker in lage-inkomenslanden”, vertelt Bloem. “Daarom zetten we nu smartphones in om parkinsonpatiënten te motiveren tot lopen. Hun beloning is onder andere meer kennis over Parkinson. De bedoeling is dat patiënten net zo ‘verslaafd’ raken aan onze app als tieners verslaafd kunnen zijn aan Pokémon Go, waarvoor ze kilometers lopen om fantasiedieren te vangen.” De controlegroep krijgt als target om 10% meer te bewegen, de behandelgroep maar 50%, 100% of 200% meer. “Zo hopen we een dosis-effectrelatie vast te stellen”, verklaart Bloem. “De smartphone fungeert als stappenteller en door onze samenwerking met Sage Bionetworks kan de app ook onder andere tremor en traagheid op afstand meten. Op die manier kunnen we zowel de interventie als het meten van uitkomsten op afstand uitvoeren.”
Prodromale klachten
Met zijn Stevinpremie wil Bloem nog een stap verder gaan. “In onze Amerikaans-Brits-Nederlandse SlowSpeed-studie gaan we kijken of beweging helpt om Parkinson uit te stellen of zelfs te voorkomen bij mensen met een verhoogd risico”, licht de neuroloog toe. “Daarvoor includeren we 800 mensen met óf een genetisch risico door een LRRK2– of GBA-mutatie, óf prodromale verschijnselen zoals een REM-slaapstoornis, reukverlies of obstipatie.” De onderzoekers hopen van SlowSpeed te leren hoe ze gezonde mensen kunnen motiveren om meer te bewegen, en natuurlijk of dit dan effect heeft op het ontstaan van Parkinson. “De looptijd van de studie is te kort om dat direct te meten, daarom gebruiken we het volume aan prodromale verschijnselen als uitkomstmaat. Prodromale klachten meten we via vragenlijsten maar ook met een zeer geavanceerde smartwatch, de Verily Study Device. Die meet onder andere motoriek, slaap, huidimpedantie als maat voor autonome disfunctie, en hartslagvariabiliteit, die volgens andere studies al in een vroege prodromale fase van Parkinson afneemt.”
Belang van leefstijl in spreekkamer
Bespreken Bloem en Weerkamp beweging ook met hun eigen patiënten? “Ik begin in vrijwel elk consult over het belang van aerobic fitness”, antwoordt Weerkamp. “Vandaag nog zag ik een vrouw die al rond haar 40e diabetes type 2 kreeg, ik leerde haar dat je die ziekte met leefstijl zelfs kunt omkeren.” Het is belangrijk dat patiënten een sport kiezen die ze zelf leuk vinden. “Ook spelsporten zijn prima, bijvoorbeeld voetbal, basketbal of rugby. Eigenlijk is bijna iedere sport goed, behalve natuurlijk jeu de boules of schaken. Bij parkinsonpatiënten met loopproblemen kan een sport met lopen daarbij helpen. Maar als lopen heel slecht lukt is bijvoorbeeld fietsen of roeien vaak nog mogelijk.” Bloem: “Ik vertel mijn patiënten altijd dat ze zelf meer kunnen doen om de ziekte te vertragen dan ik – de meesten vinden dat een prettig idee. Voor hulp kunnen ze onder meer terecht bij de speciaal geschoolde fysiotherapeuten van ParkinsonNet (te vinden via www.ParkinsonZorgzoeker.nl) of via de website www.sporttrainersvoorparkinson.nl, waar speciale instructies staan voor trainers die graag mensen met Parkinson willen begeleiden bij het sporten. Ik vind zelf dat elke neuroloog minstens één keer per jaar leefstijl moet bespreken met zijn patiënten. Niet alleen sport en beweging, maar bijvoorbeeld ook voeding en stress.” Weerkamp: “Verder helpt beweging natuurlijk ook tegen allerlei comorbiditeit. Deze patiënten hebben al Parkinson, dan wil je er niet ook nog bijvoorbeeld een hart- en vaatziekte of diabetes bij krijgen.”
Biologisch mechanisme
Is ook bekend via welk mechanisme fysieke inspanning kan bijdragen aan het voorkomen van hersenachteruitgang? “Bij elke fysieke inspanning komen door spiercontracties myokines vrij uit spieren”, antwoordt Weerkamp. “Het gaat om een hele verzameling van cytokines en peptiden die als een soort groeifactoren invloed uitoefenen op onder meer bloedvaten, hart en botten, maar ook op de hersenen.” Zo heeft de myokine brain-derived neurotrophic factor rechtstreeks invloed op het brein. “Dat stofje zorgt ervoor dat de hersenen groeien, uitlopers maken en zich aanpassen voor een volgende keer dat je aerobe training gaat doen”, zegt Weerkamp. Maar in andere opzichten blijft het mechanisme een black box, vult Bloem aan. “We weten dat sport goed is voor je hersenen, maar of dat alleen via groeifactoren werkt of ook via verbeterde doorbloeding van de hersenen of op nog andere manieren, dat is onbekend. In onze SlowSpeed-studie zullen we bloed afnemen om Neurofilament Light chain oftewel NfL te meten, als biomarker voor ziekteprogressie, maar ook neurotrofe factoren in het bloed. Misschien helpt dat om het biologische mechanisme beter te gaan begrijpen.”