Darmkanker wordt vaker in een vroeg stadium opgespoord, en steeds vaker wordt een minder ingrijpende behandeling toegepast. Dat blijkt uit het trendrapport ‘Dikkedarm- en endeldarmkanker in Nederland’ dat het Integraal Kankercentrum Nederland onlangs publiceerde.
De effecten van het bevolkingsonderzoek darmkanker zijn duidelijk terug te zien in het trendrapport. In 2014 en 2015 was er eerst een toename van nieuwe darmkankerdiagnoses. Doordat er ook veel poliepen zijn weggehaald, zijn deze in latere jaren niet doorgegroeid tot darmkanker. Vanaf 2016 is dan ook een dalende trend in het aantal diagnoses te zien.
Van alle mensen die in 2010 de diagnose darmkanker kregen, was na 5 jaar nog 61% in leven. Inmiddels is dat percentage hoger. Van alle mensen die in 2017 de diagnose darmkanker kregen leefde in 2022 nog 71%.
Bij patiënten met endeldarmkanker met stadium II of III wordt steeds vaker afgezien van het operatief verwijderen van de endeldarm. Patiënten worden in plaats daarvan behandeld met een combinatie van chemotherapie en radiotherapie, gevolgd door een ‘wait and see’ beleid. In 2010 gold dit voor ruim 5% van de patiënten, in 2022 was dit al bijna 30%.
Bron: