Astrid van der Veldt en Anne Marie Dingemans waren verrast door de snelheid waarmee hun initiatief om data te verzamelen over de gevolgen van COVID-19 voor kankerpatiënten van de grond kwam. Toch is het enthousiasme van hun vakgenoten in de oncologie om hieraan mee te werken heel begrijpelijk: ze worden allemaal geconfronteerd met dezelfde vragen over welke gevolgen deze nieuwe ziekte voor hun patiëntenpopulatie heeft.
Het begon met een telefoontje. “Astrid belde mij omdat ze wist dat we op onze afdeling in discussie waren over de vraag of longkankerpatiënten tijdens behandeling met chemotherapie of immunotherapie extra kwetsbaar waren voor ernstig beloop van COVID-19”, vertelt Dingemans. “Deze patiënten hebben immers een verhoogd risico op long- en andere infecties. Het zijn vaak oudere patiënten bij wie ook sprake is van comorbiditeit.” Van der Veldt vult aan: “We werden overvallen door de coronacrisis, en niet alleen door de capaciteitsproblemen die de toestroom van COVID-19 patiënten opleverde. We werden ook geconfronteerd met de vraag welke gevolgen COVID-19 zou hebben voor de behandeling van patiënten met kanker die werden behandeld met immuuntherapie of chemotherapie en of deze behandelingen veilig waren tijdens deze pandemie. Landelijk werd snel een ‘handvat’ geformuleerd over alternatieve behandelingen of uitstel van behandeling tijdens deze pandemie, maar dit handvat was alleen gebaseerd op theorie. Er was geen enkel wetenschappelijk bewijs en dat was onaangenaam, want het zou betekenen dat patiënten soms een oncologische behandeling zouden gaan krijgen die oncologisch gezien niet de eerste keus was.”
Voor Dingemans heel herkenbaar. “We hebben soms moeten beslissen een bestaande behandeling tijdelijk in een andere frequentie voort te zetten, of uit te stellen als we ervan uit konden gaan dat dit veilig mogelijk was”, zegt ze.
Data verzamelen
Al snel kwamen beide artsen tot dezelfde conclusie: we moeten data gaan registreren over de veiligheid van behandelingen van patiënten met kanker die COVID-19 krijgen. En toen ging het ineens snel. De twee namen het initiatief tot de registratie die de naam Dutch Oncology COVID-19 Consortium (DOCC) kreeg. Ze schreven een protocol voor een beperkte database, waarop goedkeuring door de medisch-ethische toetsingscommissie in sneltreinvaart tot stand kwam. Daaropvolgende mails naar NVALT, NVMO, KWF, NKF en veel patiëntenverenigingen leidden tot brede steun met financiële ondersteuning van KWF.
“We werden bijzonder aangenaam verrast over wat dit opleverde”, vertelt Van de Veldt. “De bereidheid onder artsen om patiëntdata aan te leveren was massaal.” Dingemans valt haar bij: “Het is echt uniek, want het is natuurlijk toch wel een ‘blauwe ogen’-registratie, gebaseerd op vertrouwen en zonder enig gekissebis over auteurschap. Geen discussie dus over wat we met die data gaan doen, want al onze collega’s voelden dezelfde behoefte om te weten welke oncologische behandeling ze veilig konden geven en welke patiënten at risk waren.”
Eerste analyse
Inmiddels zijn al gegevens van meer dan 650 patiënten geregistreerd met de combinatie van kanker en COVID-19. De diagnose kanker is minder dan vijf jaar geleden gesteld of ze hebben minder dan vijf jaar geleden behandeling ontvangen. Van de eerste groep van 442 patiënten bleken 351 geschikt voor analyse. Hierbij is uitgegaan van vier weken follow-up na de diagnose COVID-19, om in kaart te hebben of zij waren genezen van COVID-19 of – in 114 gevallen – daaraan waren overleden. “Uit die eerste analyse konden we concluderen dat patiënten met een hematologische maligniteit of met longkanker het significant slechter deden”, zegt Van der Veldt. “Ook een leeftijd van 65 jaar of ouder, man zijn of een tweede maligniteit hebben waren factoren die een verhoogd risico gaven.”
Bij hematologische maligniteiten speelt het feit dat het immuunsysteem van de patiënt gecompromitteerd is een rol. Bij longkanker is de reden lastig aan te wijzen, stelt Dingemans. “Het zijn vooral oudere patiënten natuurlijk, mensen die mogelijk al een slechtere conditie hebben. Dat speelt zeker mee”, zegt ze. “Verder lijkt het erop dat stadium IV een verhoogd risico geeft, maar de hoeveelheid data is nog te beperkt om hierover echt harde uitspraken te kunnen doen. Internationaal hebben ook registraties plaatsgevonden, en een presentatie tijdens het recente ESMO-congres liet zien dat immuuntherapie of behandeling met TKI’s veilig mogelijk gedurende de COVID-19-pandemie. Voor chemotherapie lijkt het beeld onduidelijker en lijkt het erop dat we als behandelaars vooral een verlaagde afweer moeten voorkomen door daarop het behandelregime af te stemmen. Het is verrassend hoe goed we dit alles nu met patiënten kunnen overleggen. Door alle media-aandacht voor COVID-19 weten zij inmiddels wat een ic-opname inhoudt.”
Vervolg geven
De bereidheid om mee te werken blijft ook na de eerste fase groot, omdat iedereen de behoefte heeft om tot verdieping van de data te komen. Tot nu toe gaat het nog om bescheiden patiëntaantallen, te gering nog om al veel over de invloed van COVID-19 op andere tumortypen dan hematologische maligniteiten of longkanker te kunnen zeggen.
De bedoeling is nu in samenwerking met IKNL de registratie voort te zetten. “Iedereen heeft dit tot nu toe gewoon erbij gedaan, er waren nauwelijks datamanagers bij betrokken. Het zou mooi zijn als er vanuit IKNL ondersteuning zou kunnen komen”, zegt Van der Veldt. Koppeling met initiatieven die internationaal zijn ontwikkeld, is eveneens interessant. “Natuurlijk hebben we daarbij dan wel te maken met vragen over privacyregelgeving,” zegt Van der Veldt, “en met het feit dat er tussen landen nuanceverschillen zijn in de wijze van registreren. Maar er zijn zeker initiatieven om tot een vervolg te komen.”
Patiënten zo goed mogelijk beschermen
De analyse van de data zal een rol gaan spelen om kankerpatiënten zo goed mogelijk door de coronapandemie heen te helpen als zij hierdoor worden getroffen. “Hierbij richten de vragen zich nu vooral op de invloed die chemotherapie heeft op het beloop van COVID-19 bij kankerpatiënten”, zegt Dingemans.
Van der Veldt zegt te hopen dat de data informatie gaat opleveren op basis waarvan bepaalde groepen kankerpatiënten extra kunnen worden beschermd. “Denk bijvoorbeeld aan prioriteit geven aan toediening van een vaccin als dit eenmaal beschikbaar is”, zegt ze. “Ondertussen beschermen patiënten zichzelf al, merken we. Veel kankerpatiënten gaan in zelfquarantaine. Ze worden heel voorzichtig, met als nadelig effect dat ze minder bewegen en conditie kunnen verliezen.” Heel herkenbaar voor Dingemans. “Veel van mijn patiëntcontacten zijn gedurende de eerste golf telefonisch geweest”, zegt ze. “En we hebben ook gezien dat er in deze periode minder kankerdiagnoses gesteld werden. Deels begrijpelijk, omdat het advies was om bij hoestklachten zonder koorts maar even thuis te blijven. Maar die hoestklachten kunnen ook een aanwijzing voor longkanker zijn. Hier zullen we alert op moeten zijn de komende tijd.”
DUCC
Informatie over het Dutch Oncology COVID-19 Consortium (DUCC) is te vinden op www.nvmo.org/2020/03/dutch-oncology-COVID-19-consortium. Dr. Astrid van der Veldt en prof. dr. Anne Marie Dingemans waren de initiatiefnemers. Van der Veldt is internist-oncoloog met als aandachtsgebied melanoom, urotheelcarcinoom en niercelcarcinoom. Longarts Dingemans is hoogleraar longziekten met als aandachtsgebied longkanker. Beiden zijn werkzaam in het Erasmus MC in Rotterdam.