Voor de eerstelijnsbehandeling bij patiënten met chronische lymfatische leukemie (CLL) zijn er verschillende opties, maar het is niet altijd duidelijk hoe deze behandelingen zich tot elkaar verhouden en het beste passen bij specifieke patiëntenpopulaties. In de gerandomiseerde, vierarmige fase III-GAIA/CLL13/HOVON 140-studie werd bij fitte patiënten zonder 17p-deletie of TP53-mutatie de uitkomst onderzocht van chemo-immuuntherapie versus 3 combinatiebehandelingen met venetoclax. Internisten-hematologen prof. dr. A.P. (Arnon) Kater (Amsterdam UMC) en dr. M.D. (Mark-David) Levin (Albert Schweitzer Ziekenhuis, Dordrecht) vertellen over de opzet, resultaten en implicaties van deze grootste CLL-studie ooit.
Meer informatie is alleen toegankelijk voor abonnees die voorschrijfbevoegd zijn.
LoginLet op: Om alle informatie te kunnen zien heeft u een account nodig om in te loggen. Bent u al ingelogd? Dan heeft u onvoldoende rechten om deze informatie te bekijken. Wilt u uw account aanpassen? Klik dan hier
Ook interessant: Eerstelijns venetoclax en rituximab bij jonge CLL-patiënten met ongunstig biologisch profiel