Uit een systematische review en meta-analyse blijkt dat viscosuppletie leidt tot een kleine, maar niet klinisch relevante, vermindering van de pijn bij knieartrose in vergelijking met placebo. Daarnaast is de behandeling geassocieerd met een verhoogd risico op ernstige bijwerkingen.
De onderzoekers zochten in de Medline-, Embase- en CENTRAL-databases naar gerandomiseerde studies waarin viscosuppletie werd vergeleken met placebo of geen interventie bij patiënten met knieartrose. De vooraf gespecificeerde primaire uitkomstmaat was pijnintensiteit. Secundaire uitkomsten waren functie en ernstige bijwerkingen.
In totaal leverden 169 studies data over 21.163 gerandomiseerde deelnemers. Vierentwintig grote, placebogecontroleerde studies (8997 gerandomiseerde deelnemers) die werden meegenomen in de hoofdanalyse voor pijn lieten zien dat viscosuppletie was geassocieerd met een kleine vermindering van de pijnintensiteit in vergelijking met placebo (gestandaardiseerd gemiddeld verschil, SMD -0,08 (95%-BI -0,15 tot -0,02)). Dit effect voldeed niet aan het vooraf gespecificeerde minimaal klinisch relevante verschil tussen de groepen van -0,37 SMD. Het effect kwam overeen met een verschil in pijnscores van -2,0 mm (95%-BI -3,8 tot -0,5 mm) op een visueel analoge schaal van 100 mm. Soortgelijke conclusies werden getrokken voor het functioneren. Op basis van 15 grote, placebogecontroleerde studies bij 6462 gerandomiseerde deelnemers, was viscosuppletie geassocieerd met een statistisch significant hoger risico op ernstige bijwerkingen dan placebo (RR 1,49 (95%-BI 1,12 tot 1,98)). De onderzoekers concluderen dan ook dat deze bevindingen breed gebruik van viscosuppletie voor de behandeling van knieartrose niet ondersteunen.
Bron:
Pereira TV, Jüni P, Saadat P, et al. Viscosupplementation for knee osteoarthritis: systematic review and meta-analysis. BMJ 2022;378:e069722