Vanwege klimaatverandering nemen infectieziekten toe in gebieden waar ze voorheen niet of minder frequent voorkwamen. Voorbeelden daarvan zijn dengue, chikungunya en tick-borne encephalitis (TBE). Dit speelt wereldwijd, ook in Nederland. Internist-infectioloog dr. Quirijn de Mast (Radboudumc) is expert op het gebied van tropische infectieziekten. Hij hoopt dat meer mensen zich bewust worden van deze veranderende infectieziekteproblematiek.
Klimaatverandering is van invloed op de verspreiding van vectoren die ziekten kunnen overdragen, met name muggen en teken. Een bekend voorbeeld is de verspreiding van de Aziatische tijgermug. Die komt oorspronkelijk uit Zuidoost-Azië, maar via internationale transporten van bijvoorbeeld ‘Lucky Bamboo’-plantjes en gebruikte autobanden komt de mug nu ook voor in onder andere Noord-Amerika en Zuid-Europa. “En het leefgebied breidt zich steeds meer uit naar het Noorden”, vertelt De Mast. “De mug overleeft steeds beter in de winter en kan infectieziekten overdragen zoals dengue, zika en chikungunya. In 2023 zijn in de EU 130 endemische gevallen van dengue gevonden, onder andere in Frankrijk, Spanje en Italië. Degene die de ziekte krijgt, is dan niet in de tropen geweest.”
Wellicht grotere uitbraken
Waarnemingen van exotische muggen kunnen worden gemeld op de website van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA). De Aziatische tijgermug is in 2023 tientallen keren gesignaleerd, met meldingen uit heel Nederland. Ook de Aziatische bosmug en de gelekoortsmug (resp. 7 en 16 meldingen in 2023) zijn al waargenomen in Nederland. “De gelekoortsmug is de belangrijkste vector voor dengue in Azië en Midden- en Zuid-Amerika. Begin dit jaar waren er heel grote uitbraken in onder andere Brazilië en Azië. Vorig jaar is deze mug voor het eerst waargenomen in Cyprus en Turkije. Dus dat moeten we goed in de gaten houden.”
De uitbraken in Europa in de afgelopen jaren zijn nog relatief beperkt. Maar volgens De Mast zijn er wel zorgen over grotere uitbraken in de nabije toekomst, vooral in Zuid-Europa. Op Europees niveau volgt het European Centre for Disease Prevention and Control (ECDC) de ontwikkelingen.
Dengue is een van de meest voorkomende oorzaken van koorts bij mensen die terugkomen uit de tropen. Ook in Nederland wordt dat gezien, maar tot nu toe alleen bij terugkerende reizigers. Autochtone transmissie van dengue heeft volgens De Mast in ons land nog niet plaatsgevonden. “Maar het is niet uit te sluiten dat dit in de toekomst wel gaat gebeuren, aangezien de Aziatische tijgermug hier steeds meer voorkomt. Wereldwijd is er een sterke toename van dengue. Dat vergroot de kans van introductie van de virussen in Europa. In Midden- en Zuid-Amerika waren enkele jaren geleden grote uitbraken van zika en chikungunya. Die hebben laten zien wat er kan gebeuren bij introductie van de vector in een gebied waar de bevolking geen immuniteit heeft tegen de virussen. Dan kan verspreiding van de infectieziekte ineens snel gaan. Dat hebben we in 2013 en 2014 ook gezien met chikungunya in Midden- en Zuid-Amerika, waar veel mensen in relatief korte tijd een infectie kregen met het virus.”
Teken
Een andere belangrijke vector zijn teken. Ook daarbij vinden veranderingen plaats: teken komen steeds meer voor en er is een toename van infecties via teken. Niet alleen de ziekte van Lyme, maar ook bijvoorbeeld TBE: ‘tick-borne encephalitis’. Die infectie verloopt over het algemeen mild, maar er is een kleine kans op een ernstig ziektebeeld met hersen(vlies)ontsteking. “TBE komt van oudsher voor in onder andere Zuid-Duitsland, Oostenrijk en Zuid-Zweden”, vertelt De Mast. “Sinds enkele jaren vinden we ook gevallen in Nederland. Slechts een klein deel van de teken is besmet, maar het is niet onwaarschijnlijk dat TBE in ons land gaat toenemen. Er is een TBE-vaccin, dat in bijvoorbeeld Zweden en Oostenrijk al onderdeel is van het rijksvaccinatieprogramma. In Nederland heeft de Gezondheidsraad vorig jaar geadviseerd dit vaccin aan de bieden aan mensen in bepaalde beroepsgroepen.”
De Mast noemt ook toenemende watertemperatuur als risico voor meer infectieziekten. Voorbeelden zijn leptospirose, via water overdragen door ratten en muizen die de milde winters beter overleven, en de bacteriegroep Vibrio die in zout en brak water meer gaat voorkomen.
Bewustwording
Door klimaatverandering kunnen ongebruikelijke infectieziekten in ons land en Europa dus vaker gaan voorkomen. Omdat op korte termijn weinig is te doen tegen klimaatverandering, vindt De Mast vooral bewustwording over deze veranderende infectieproblematiek van belang. Vorig jaar was hij medeauteur van een artikel daarover in het NTVG1 die geheel was gewijd aan ‘planetary health’ in relatie tot de gezondheidszorg. “Veel mensen realiseren zich nog niet dat bijvoorbeeld wandelen in de Alpen of Zuid-Zweden een indicatie kan zijn om je te laten vaccineren. Daarnaast moet je muggenbeten zien te voorkomen als je naar Zuid-Europa gaat. Het risico op infectie is nu nog erg klein, maar dat kan gaan toenemen. Niet alleen door virussen, maar ook door bijvoorbeeld de parasiet leishmania, die door zandvliegen wordt overgedragen en vervelende huidinfecties kan veroorzaken. Van oorsprong komen zandvliegen voor in delen van Zuid-Europa, maar ook die breiden zich uit. Ze zijn zelfs al nabij Parijs gevonden. Bij mensen met verminderde weerstand kan een ernstige systemische infectie ontstaan. In het Radboudumc hebben we in de afgelopen jaren meerdere patiënten daarmee gezien.”
Voorlichting
De Mast adviseert mensen die gaan reizen, ook binnen Europa, om zich te verdiepen in reisinformatie en het eventueel toedienen van een vaccin tegen bijvoorbeeld TBE. “En bescherm jezelf tegen muggen- en tekenbeten, met name als je naar Zuid-Europa gaat.”
Bewustwording vergroten kan ook met overheidsspotjes op televisie, bijvoorbeeld over de Aziatische tijgermug of over stilstaand water in tuinen of plantenbakken. De Mast: “In bijvoorbeeld Singapore worden mensen heel actief voorgelicht over broedplaatsen van muggen en het tegengaan daarvan. Wat voor nu nodig is, is goede monitoring en alertheid op de verspreiding van vectoren. En als het kan bestrijding van die vectoren, het liefst uiteraard op een eco-vriendelijke manier.”
Naast dit vectormanagement is volgens De Mast alertheid nodig bij zorgprofessionals over het vaker vóórkomen van importziekten. Bovendien kunnen gezondheidsinstanties meer adviezen gaan geven aan mensen met een kwetsbare gezondheid, bijvoorbeeld om op te passen met zwemmen in zout of brak water. Ook mensen die beroepsmatig in groene gebieden werken, zoals bossen of duinen, kunnen gerichte adviezen krijgen over bijvoorbeeld tekenbeten of TBE-vaccinatie. “Gelukkig komen steeds meer vaccins beschikbaar, zoals tegen dengue en chikungunya. Er zijn nu nog geen indicaties voor mensen die naar Zuid-Europa gaan, maar die kunnen in de toekomst mogelijk wel gaan komen. En het is niet ondenkbaar dat bijvoorbeeld TBE-vaccinatie in de toekomst onderdeel wordt van het Rijksvaccinatieprogramma.”
Westnijlvirus
De Mast noemt als voorbeeld ook het westnijlvirus, dat wordt overgebracht door de huissteekmug die algemeen in Nederland voorkomt. Het virus kan milde griepachtige symptomen veroorzaken zoals koorts, hoofdpijn en spierpijn. Heel soms leidt besmetting tot een ernstige ziekte, zoals meningo-encefalitis of myelitis. De website van het RIVM meldt dat in oktober 2020 voor het eerst een besmetting met het westnijlvirus is gevonden bij een patiënt in Nederland. De patiënt heeft het virus waarschijnlijk in de regio Utrecht opgelopen door een muggenbeet. In die regio zijn later dat jaar vogels en muggen gevonden met het westnijlvirus en werden 5 andere besmettingen met het virus vastgesteld. “In Europa zien we de afgelopen jaren een toename van het virus en ook uitbreiding van de geografische verspreiding. Bovendien vinden besmettingen eerder in het jaar plaats. Dit jaar werd het eerste geval van westnijlvirus in Zuid-Spanje al begin maart gevonden. Ook in Griekenland, Oostenrijk, Roemenië en Frankrijk zijn dit jaar besmettingen beschreven.”
Referentie:
- Goorhuis B, de Mast Q, Hovius JW, et al. Nieuwe infectieziekten in Europa. De invloed van klimaatverandering, globalisering en menselijk gedrag. Ned Tijdschr Geneeskd. 2023;167:D7675.