Bacteriële infecties, vooral met XDR-organismen, zijn geassocieerd met een hoog risico op de ontwikkeling van acuut op chronisch leverfalen (ACLF) bij patiënten met cirrose. De geografische variatie is echter groot en resulteert in verschillende fenotypes en uitkomsten.
Bacteriële infecties kunnen een trigger zijn voor de ontwikkeling van orgaanfalen en ACLF. Geografische variatie in bacteriologie en klinische praktijk kunnen echter leiden tot wereldwijde verschillen in de epidemiologie, fenotypes en klinische uitkomsten van ACLF. In deze post-hocanalyse werden regionale verschillen in bacteriële infectie-gerelateerde ACLF beoordeeld bij 1175 patiënten met gedecompenseerde cirrose die in het ziekenhuis zijn opgenomen. Het betrof patiënten uit 6 geografische regio’s wereldwijd.
In totaal hadden 333 patiënten (28%) ACLF bij diagnose van de infectie, terwijl 230 patiënten later ACLF ontwikkelden. Dit resulteerde in een overall percentage van bacteriële infectie-gerelateerde ACLF van 48; de variatie tussen verschillende geografische regio’s was echter groot (38% in Zuid-Europa vs. 75% in het Indische subcontinent). ACLF gerelateerd aan een bacteriële infectie kwam vaker voor bij jongere patiënten (55 ± 13 vs. 58 ± 14 jaar), mannen (73% vs. 62%), patiënten met alcoholgerelateerde cirrose (59% vs. 45%) en patiënten met een hogere MELD-score op baseline (25 ± 11 vs. 16 ± 5) (alle p-waarden < 0,001). Spontane bacteriële peritonitis, pneumonie of infecties veroorzaakt door XDR-bacteriën waren vaker geassocieerd met de ontwikkeling van ACLF. Ook hadden patiënten met ACLF vaker een positieve quick Sequential Organ Failure Assessment-score en septische shock. Het percentage patiënten dat herstelde van de infectie was dan ook lager bij patiënten mét ten opzichte van zonder ACLF.
Bron: