Klinische uitkomsten van potential coeliac disease

Delen via:

Bijna een derde van de patiënten met potential coeliac disease ontwikkelt uiteindelijk villusatrofie, terwijl bij een even groot deel juist normalisatie van de serologie optrad, ondanks het gebruik van glutenbevattende voeding. Deze bevindingen van Shiha en collega’s benadrukken het belang van een goede follow-up en persoonlijke benadering voor deze patiënten.

Potential coeliac disease (PCD) wordt gekenmerkt door genetische aanleg voor coeliakie enaanwezigheid van coeliakie-specifieke antilichamen, terwijl er geen of minimale veranderingen zijn in de duodenummucosa. Omdat nog onduidelijk is wat de klinische uitkomsten zijn van PCD én in hoeverre PCD zich ontwikkelt tot coeliakie, voerden Engelse en Italiaanse onderzoekers een systematische review met meta-analyse uit. Ze zochten daarvoor in de databases Medline, Embase, Scopus en de Cochrane Library naar studies naar de klinische uitkomsten van PCD. Ze vonden 17 studies uitgevoerd tussen 1991 en 2024, met in totaal 1.010 PCD-patiënten, die geschikt waren om mee te nemen in de analyses. De meeste van deze studies hadden een follow-upduur van ten minste 1 jaar, waarbij de duur binnen de individuele studies varieerde van 5 maanden tot 13 jaar.

Onder patiënten bij wie coeliakie vermoed werd, was de gepoolde prevalentie van PCD 16%(95%-BI 10-22%). Van de PCD-patiënten die een glutenbevattend dieet gebruikten,ontwikkelde 33% (18-48%) villusatrofie tijdens de follow-upperiode. Tevens trad bij 33% (17%-48%) juist normalisatie van de serologie op. In de groep patiënten die een glutenvrij dieet volgde, gaf een meerderheid (88%; 95%-BI 79-97%) aan dat hun symptomen waren verminderd. Een kanttekening bij deze resultaten is dat de heterogeniteit tussen de individuele studies hoog was, met I2-waarden boven de 90% voor alle uitkomsten.

Bron:

Shiha MG, Schiepatti A, Maimaris S, et al. Clinical outcomes of potential coeliac disease: a systematic review and meta-analysis. Gut. 2024;73:1944-52.

Pantoprazol bij IC-patiënten met een verhoogd risico op een gastro-intestinale bloeding

apr 2019

Lees meer over Pantoprazol bij IC-patiënten met een verhoogd risico op een gastro-intestinale bloeding

Budesonide orodispergeerbare tabletten bij eosinofiele oesofagitis

apr 2019 | Oesofagitis

Lees meer over Budesonide orodispergeerbare tabletten bij eosinofiele oesofagitis

Bevolkingsonderzoek darmkanker groot succes

apr 2019

Lees meer over Bevolkingsonderzoek darmkanker groot succes

Intensieve cognitieve gedragstherapie niet nodig bij jongeren met IBD en milde stemmingsklachten

apr 2019 | IBD

Lees meer over Intensieve cognitieve gedragstherapie niet nodig bij jongeren met IBD en milde stemmingsklachten

Ontwikkelingen in de diagnostiek en behandeling van oesofageale motiliteitsstoornissen

apr 2019 | Oesofagitis

Lees meer over Ontwikkelingen in de diagnostiek en behandeling van oesofageale motiliteitsstoornissen

Keuzehulp: een rots in de branding

apr 2019

Lees meer over Keuzehulp: een rots in de branding