Nederlandse onderzoekers concluderen in American Journal of Gastroenterology dat 1 op de 4 patiënten met necrotiserende pancreatitis een disruptie of disconnectie van de ductus pancreaticus (DPD) ontwikkelt, en dat dit is geassocieerd met slechtere korte- en langetermijnuitkomsten. Centrale en subtotale pancreasnecrose en hoge CRP-serumwaarden in de eerste 48 uur bleken onafhankelijke voorspellers voor DPD.
Voor de ontwikkeling van betere diagnostische en behandelstrategieën is meer inzicht nodig in het volledige klinische spectrum van DPD. Hester Timmerhuis (St. Antonius Nieuwegein) en collega’s voerden daarom een post-hocanalyse uit van een prospectief verzameld landelijk cohort van 896 patiënten met necrotiserende pancreatitis (2005-2015). De mediane follow-up na ziekenhuisopname was 75 maanden (P25-P75: 41-151). Klinische uitkomsten van patiënten met en zonder DPD werden vergeleken met behulp van regressieanalyse, gecorrigeerd voor mogelijke confounders. Ook werden voorspellende factoren voor DPD onderzocht.
DPD werd bevestigd bij 243 patiënten (27%) en resulteerde in slechtere klinische uitkomsten tijdens zowel de eerste opname als de follow-up. Tijdens ziekenhuisopname was DPD geassocieerd met een verhoogd aantal IC-opnames (aOR 2,52; 95%-BI 1,62-3,93), new-onset orgaanfalen (aOR 2,26; 95%-BI 1,45-3,55), geïnfecteerde necrose (aOR 4,63; 95%-BI 2,87-7,64) en pancreasinterventies (aOR 7,55; 95%-BI 4,23-13,96). Tijdens follow-up verhoogde DPD het risico op pancreasinterventies (aOR 9,71; 95%-BI 5,37-18,30), recidiverende pancreatitis (aOR 2,08; 95%-BI 1,32-3,29), chronische pancreatitis (aOR 2,73; 95%-BI 1,47-5,15) en endocriene pancreasinsufficiëntie (aOR 1,63; 95%-BI 1,05-2,53). Centrale of subtotale pancreasnecrose op CT (OR 9,49; 95%-BI 6,31-14,29) en een hoge CRP-concentratie in serum in de eerste 48 uur na opname (per toename van 10 punten: OR 1,02; 95%-BI 1,00-1,03) werden geïdentificeerd als onafhankelijke voorspellers voor het ontwikkelen van DPD.