Maag-darm-leverarts Caroline den Hoed is de nieuwe medisch directeur van het levertransplantatiecentrum van het Erasmus MC. Haar ambitie: de sterfte op de wachtlijst omlaag brengen en waarborgen dat patiënten in een zo goed mogelijke conditie zijn op het moment van transplantatie.
Met de pensionering van Herold Metselaar kreeg Den Hoed de vraag of zij de functie als directeur van het levertransplantatiecentrum wilde overnemen. “Mijn focus als MDL-arts ligt op transplantaties”, vertelt ze, “een vakgebied met een enorme ontwikkeling. Zo’n functie is een uitdaging natuurlijk, maar ik dacht: als ik het niet nu doe, wanneer dan wel? En het belang is groot. Levertransplantatie is bij uitstek teamwerk, het vraagt om een zorgvuldig opgezet programma dat goed wordt onderhouden en zich voortdurend ontwikkelt.”
Metselaar heeft een sterke organisatie neergezet, stelt Den Hoed. “Een prachtig fundament om verder op te bouwen. Het aantal transplantaties is in de laatste 10 jaar verdubbeld en er zijn transplantaties met levers van levende donoren bij gekomen. De uitdaging nu is het programma toekomstbestendig te houden. Bijvoorbeeld door gebruik te maken van de les die de covidcrisis ons heeft geleerd, dat er een alternatief is voor de patiënt levenslang vier keer per jaar voor controles naar het ziekenhuis te laten komen. Dat kan deels digitaal, maar de lokale ziekenhuizen kunnen er ook een rol in spelen. We moeten dus de samenwerking daarmee versterken. Verder moeten we goed blijven inspelen op de ontwikkelingen. De donorwetgeving en de voortdurende verbetering van de perfusiemachines spelen ons in de kaart. Maar daar tegenover is de toename van leververvetting juist een groeiend probleem.”
Wachtlijstprobleem oplossen
De samenwerking met de ic is altijd goed geweest, benadrukt Den Hoed. “Het gevolg is dat we ook in de coronacrisis transplantaties konden blijven uitoefenen. Wat ook meespeelt is dat er geen alternatief is. Dat is er bij niertransplantatie natuurlijk wel, de dialyse. Bovendien wil de donor zeker weten dat zijn orgaan wordt benut. Er is dus een enorme joint effort geweest om het werk doorgang te laten vinden. Dit benadrukt het belang van het multidisciplinair team voor deze zorg.”
Wat nog niet gelukt is, is verandering te brengen in het feit dat al jaren 20% van de mensen die een levertransplantatie nodig heeft op de wachtlijst overlijdt. “Dit vraagt ten eerste om het creëren van een groter aanbod aan donoren”, zegt Den Hoed, “daar maken we werk van. Probleem hierbij is wel dat de kwaliteit van de donororganen afneemt. In het verleden waren de donoren jonger, nu zijn ze ouder en hebben ze vaker overgewicht. Gelukkig staat daar tegenover dat de ontwikkeling in machineperfusie ervoor zorgt dat we meer organen beschikbaar kunnen maken, en dat we ze voor toepassing goed kunnen testen. Punt van aandacht is wel: naarmate de mogelijkheden voor transplantatie groter worden, nemen ook de indicaties toe. De mensen die de wachtlijst niet eens halen, vormen nu een blinde vlek. Daar voorzie ik een uitdaging, met name door wat ik al noemde: leververvetting. In de Verenigde Staten is dit al de eerste indicatie voor transplantaties. We moeten daarin de balans bewaken ten opzichte van de andere indicaties. Leververvetting heeft natuurlijk een leefstijlcomponent en preventie speelt een belangrijke rol om dit probleem aan te pakken. Hopelijk komt hier de komende jaren meer focus op.”
Wachtlijstsysteem evalueren
De discussie over wat kan worden gedaan aan dat percentage van 20% mensen die op de wachtlijst overlijdt, vraagt ook om discussie over het wachtlijstsysteem. “We spreken hierover binnen het Landelijk Overleg Lever Transplantatie”, zegt Den Hoed. “Nu is het de ziekste eerst. Misschien kan een selectiecriterium ook zijn te kijken naar de mensen die zo ziek zijn dat ze niet meer kunnen worden geopereerd als er iets met ze gebeurt.”
De coronacrisis heeft vorig jaar een hindernis opgeworpen om meer gebruik te maken van levers van levende donoren, maar dit doet niets af aan de potentie van deze optie, stelt Den Hoed. “Wat vooral nodig is, is bekendheid hierover”, zegt ze. “Het programma De honderd van de EO heeft zeker geholpen. Het is een grote operatie, maar de cijfers wereldwijd laten zien dat het gewoon goed gaat. Wel blijft het snijden in een gezond lichaam natuurlijk. Daar mogen we niet licht over denken.”
Conditie als uitgangspunt
Belangrijk is dat mensen die een levertransplantatie nodig hebben in een zo goed mogelijke conditie zijn op het moment van de operatie. De begeleiding van het levertransplantatieteam van het Erasmus MC speelt hier een grote rol in. “Daarin is natuurlijk nog altijd winst te boeken”, zegt Den Hoed. “Het beste is een gericht trainingsprogramma aanbieden, maar het opzetten daarvan vergt geld en organisatie. Het wordt vaak niet vergoed en je kunt het niet concentreren op één plek, want de patiënten komen uit het hele land. Dus onderzoeken we nu de mogelijkheid om het te ondersteunen met een fitbit of een bewegingsapp.”
Als hierin verbetering wordt bereikt, wordt het dan ook vaker mogelijk om patiënten met een alcohol gerelateerde leverziekte al voor de nu gangbare zes maanden alcoholonthouding te transplanteren? Een recente studie1 toont geen significant verschil in overleving of afstoting met transplantatie na zes maanden. “Er zijn ook data die laten zien dat bij sneller transplanteren toch vaker een relaps optreedt”, zegt Den Hoed. “Bovendien gaat het over de Amerikaanse situatie, waar deze patiënten meer begeleiding ontvangen dan hier in Nederland beschikbaar is. En het geeft ook weer een ethische discussie over patiëntinclusie. Die lever gaat immers niet naar een andere patiënt. Als wij hiernaar willen handelen, vereist dit van ons dus wel maatschappelijke verantwoording.”
Herold Metselaar geridderd
Prof. dr. H. Metselaar, emeritus hoogleraar leverfalen en levertransplantaties
Het idee voor het transplantatiecentrum in Rotterdam dateert uit 1986, maar het duurde tot 1995 voordat toenmalig minister van VWS Els Borst er erkenning aan verleende. Op dat moment werd Metselaar – die al vanaf het begin betrokken was – benoemd tot medisch directeur. “Toen konden we het multidisciplinair team gaan vormen dat voor deze zorg essentieel is”, vertelt hij. “Voorwaarde voor de erkenning was dat we ook onderzoek gingen doen en dat heeft veel opgeleverd. De ontwikkeling van organoïden bijvoorbeeld vond daarin zijn basis, net als de kennis die nu bestaat over immuunsuppressie. Binnen het landelijk overleg levertransplantatie zijn naast andere zaken een landelijk protocol indicatie en een selectie voor levertransplantatie en klinisch onderzoek tot stand gekomen.”
Inmiddels is het centrum in omvang het derde van de 42 levertransplantatiecentra die Eurotransplant telt. Bij Caroline den Hoed is het Rotterdamse centrum in goede handen, stelt Metselaar. “Mijn belangrijkste advies aan haar is: jezelf blijven”, zegt hij, “er je eigen signatuur aan geven. Vooral zorgen voor continuïteit en werk maken van uitkomstanalyse. Ik heb daar alle vertrouwen in.”
Metselaar is emeritus hoogleraar leverfalen en levertransplantaties. Hij blijft actief voorzitter van de medisch-ethische toetsingscommissie van Erasmus MC en begeleidt promovendi. Bij zijn afscheidsrede Denken in oplossingen is hij benoemd tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau.
Caroline den Hoed
Dr. C.M. (Caroline) den Hoed is maag-darm-leverarts met de aandachtgebieden hepatologie, echografie en levertransplantatie. Ze promoveerde aan het Erasmus MC op onderzoek naar voorloperafwijkingen van maagkanker. Sinds juli 2021 is ze aangesteld als medisch directeur van het levertransplantatiecentrum van het Erasmus MC.
- Kayleigh M, Herrick-Reynolds M, Gopika Punchi B et.al. Evaluation of early vs standard liver transplant for alcohol-associated liver disease. JAMA Surg. 2021;156:1026-34.