Onderzoekers van Amsterdam UMC beschrijven in Brain Communications de dynamiek van neurofilament light bij patiënten met COVID-19 op de intensive care (ic). Ook laten ze associaties zien met delier, ernst van de ziekte en markers voor ontsteking. Ze concluderen dat de studie bijdraagt aan het bepalen van de klinische bruikbaarheid en interpretatie van neurofilament light-niveaus bij ic-patiënten.
Neurologische monitoring bij gesedeerde patiënten op de ic wordt beperkt door het ontbreken van betrouwbare bloedbiomarkers. Neurofilament light is een biomarker voor neuronale schade met potentiële klinische toepasbaarheid voor het monitoren van deze patiënten. Patrick Smeele en collega’s bestudeerden ontwikkelingen in de neurofilament light-waarden bij ic-patiënten met ernstige COVID-19 en onderzochten de relatie met klinische uitkomsten en pathofysiologische voorspellers. Gegevens werden verzameld gedurende een maand bij 31 ic-patiënten (166 plasmamonsters) met ernstige COVID-19 in Amsterdam UMC, en in de eerste week na opname op de spoedeisende hulp bij 297 patiënten met COVID-19 (635 plasmamonsters) in het Massachusetts General Hospital.
De onderzoekers zagen dat neurofilament light niet-lineair toenam in de eerste maand van opname op de ic en sneller toenam in de eerste week van ic-opname in vergelijking met milde tot matige COVID-19-gevallen. De neurofilament light-waarde op baseline voorspelde mortaliteit niet wanneer werd gecorrigeerd voor leeftijd en nierfunctie. De piek neurofilament light-waarde was geassocieerd met een langere duur van delier na extubatie bij ic-patiënten. De ernst van de ziekte, zoals gemeten met de SOFA-score, was geassocieerd met hogere neurofilament light-waarden; en TNF-alfa-niveaus op baseline waren geassocieerd met hogere niveaus van neurofilament licht op baseline en een snellere stijging tijdens opname.
Bron: